Twee weken na die verkiezingen, medio juli, vertrok Mussert per KLM van Schiphol voor een bezoek aan Indië. Tienduizend NSB' ers deden hem in de vroege ochtend uitgeleide; één was er zelfs voor komenlopen uit Rotterdam." Het geld voor de reis was voor de helft door enkele vermogende Nederlandse NSB'ers, voor de helft door de NSB'ers in Indië, een kleine tweeduizend op dat moment, bijeengebracht."
In Indië werd de leider van de NSB tweemaal door gouverneur-generaal de Jonge ontvangen, op 25 juli, vlak na aankomst, en op 13 augustus, kort voor het vertrek. De aanhang van de NSB in Indië was weliswaar niet erg groot, maar de beweging mocht zich daar op dat moment verheugen in een vrij aanzienlijke mate van sympathie bij de Nederlandse bevolkingsgroep die, in haar koloniaal-overheersende positie, toegankelijk was voor autoritaire denkbeelden en Musserts kritiek op de 'verworden democratie'
en vooral ook op de zwakke defensie-inspanning deelde. Het ambtenarenverbod gold in Indië niet. De onder Den Haag ressorterende officieren van3 0
Wat had jhr. de Jonge bewogen?
Eén factor was dat hij wilde voorkomen dat het blanke bevolkingsdeel ten aanschouwe van de Indonesische volksmassa's in een onderling dispuut zou belanden: had hij Mussert genegeerd, dan zou dat bij de NSB'ers maar ook bij anderen in Indië verzet opgewekt hebben. 'De Europese groep mag hier'
, schreef hij aan Colijn die zich bij zijn argumentatie neerlegde,
'niet zo verdeeld geraken dat een deel zich werkelijk tegenover de Regering zou plaatsen. Ook de NSB moet achter de Regering staan. Dat wil ik Mussert persoonlijk zeggen, waarbij ik hem duidelijk wil maken dat wij hier in een raar land leven met rare mensen; een land waar de Regering bevoegdheden heeft welke men in Holland niet kent, en mensen die van die bevoegdheden gebruik maken ook, waarvan het gevolg kan zijn dat, als hij zich niet behoorlijk gedraagt, hij er spoediger uit kan liggen dan hij waarschijnlijk vermoedt."
Dat kreeg Mussert dus in de eerste audiëntie te horen: 'U gaat er even goed uit als ik er Japanners uitgooi die zich misdragen.'
Mussert: 'Gooit U er wel eens Japanners uit?'
De Jonge: 'Nog pas twee.'
Mussert: 'Prachtig !'
2_ en de leider van de NSB ging (hij was nooit anders van plan geweest), bij alle kritiek op de regering in Nederland, opwekken tot steun aan het gouvernement in Indië. 'Hij werd natuurlijk door de recherche gevolgd maar hij gaf geen enkele grond tot enige klacht.'
Daarom stond de Jonge ook de afscheids-audiëntie toe, waarbij overigens zijnerzijds 'een zekere geprikkeldheid over de houding van Holland'
mede een rol speelde": de gouverneur-generaal was van mening dat de Nederlandse publieke opinie zich met zijn beleid niet had te bemoeien.
Nu de tweede factor. De Jonge was een hooghartig autocraat met een minachting voor de parlementaire demoeratie die zeker zo diep was als die van Mussert maar in elk geval van ouder datum. Kamerleden was hij al tijdens zijn ministerschap in de eerste wereldoorlog gaan zien als 'kwajongens die er een lolletje van maken, Ministers te pesten (en) die geen
1 Brief, 15 juli 1935, van de Jonge aan Colijn, in de Jonge: Herinneringen, p. 314. Colijn ging hier accoord mee in een brief van 25 juli (a.v., p. 315). 2 A.v., p. 323. 3.
. lp. zijn hart betreurde hij het dat Nederland niet autoritair geregeerd werd; betreurde hij het óók dat Colijn er blijkbaar niet voor voelde, het parlement aan de kant te zetten. Op Mussert - 'een fatsoenlijk goedwillend man ... maar niet uit hethout gesneden om eenleidersrol te vervu1len'2 - had hij tegen, dat deze, door zich tegenover Colijn QPte stellen, bemoeilijkte dat de anti-revolutionaire staatsman. opschoof in autoritaire richting."
Zijn bezwaren tegen de NSB lagen dus in het tactische, bepaald niet in het principiële vlak. De houding die men in Nederland jegens de NSB innam (een ambtenarenverbod 'dat toenmaals hoogstaande en onverdacht goede Nederlanders trof ... en verder pesterij, treiteren en provocatie')" keurde hij dan ook af. En zou hij het slachtoffer van zo onwaardige en onverstandige actie niet ontvangen 1 Hij peinsde er niet over! De protesten die in Nederland na het eerste onderhoud loskwamen, legde hij naast zich neer en een groot deel van de Indische pers viel hem bij: 'De landvoogd'
, aldus Het Soerabajaas Handelsblad,
'heeft het geschreeuw op waardige wijze beantwoord door de heer Mussert een tweede audiëntie toe te staan.'
5
Herinnert de lezer zich nog dat de Jonge's voorganger-op-één-na als gouverneur-generaal, Fock, in de conferentie ten paleize Noordeinde van 7 juli '39 op de vraag van de Koningin ofhij '
een leider buiten de politieke partijen' wist, 'na even gedacht te hebben, de heer de Jonge' noemde 1 Dat was geen toeval. Te verwezenlijken was die suggestie overigens niet, maar zij strookte wèl met instelling en opvattingen van de genoemde. Dat zou alles in de eerste fase van de Duitse bezetting nog een boeiende politieke nasleep krijgen.
En Mussert z Indië had grote indruk op hem gemaakt. De Jonge's raad dat hij zich achter diezelfde Colijn moest scharen die week in, week uit in Volk en Vaderland gehoond werd, gleed langs hem af; in twee gesprekken had 's lands hoogste vertegenwoordiger in Batavia erkend, 'in menig opzichtA.v., p.A.v., p.De Jonge in een brief aan mr. A.de Block,sept.'Toeninuit Indië terug kwam, gold mijn eerste bezoek uiteraard hem (Colijn) als minister van koloniën. Het gesprek liep natuurlijk ook over. de beruchte ontvangst van Mussert en de NSB. Colijn zeide toen op een ogenblik: Maar geloof jeniet dat, alsgewild had,zelf een beweging had kunnen beginnen die nog veel krachtiger zou zijn geweest? Mijn enig antwoord daarop was: had het maar gewild.' (aangehaald a.v., Inleiding, p.A.v., p.aug.aangehaald a.v., p.'35 - hoeveel in '
37 1 Vijftien 1 Zestien 1 Misschien wel meer - maar toch niet veel minder! Vlekke, een in NSBkringen graag gehoord redenaar, sprak kort na Musserts terugkomst van zijn Indische reis op een besloten vergadering uit wat op het Hoofdkwartier der NSB algemeen gedacht werd:
'In 1937 krijgen wij vijftien zetels. Met deze vijftien man hebben wij een sleutelpositie, waarmee wij telkens en voortdurend de zich snel opeenvolgende kabinetten kunnen laten duikelen. Door deze actie groeit de NSB snel tot ruim 40%, waarna de Koningin Mussert zal uitnodigen, een ministerie te vormen. Dan zal Mussert niet gaan praten met Aalberse of Albarda, doch antwoorden: 'alles of niets'
, dus: een NSB-regering of geen regering. Als het zover is, nemen wij evenals Hitler bij een volksstemming genoegen met 90% van de bevolking.v
Op welk:e datum dit zo gezegd werd, staat niet precies vast. Was het na begin oktober '35, dan moet er bij opgemerkt worden dat de kloof die Mussert, al besefte hij dat niet, toch al van de overgrote meerderheid van het Nederlandse volk: scheidde, juist toen onoverbrugbaar geworden was: hij had zich immers solidair verklaard met Mussolini wiens strijdkrachten op 2 oktober Abessynië aangevallen hadden - een aanval die in ons land diepe verontwaardiging wekte.
Weluu, met die solidariteitsverklaring had de NSB zich ontpopt als politieke hulptroep van fascistische aggressie. De verkiezingen van '37, wel verre van vijftien zetels op te leveren, zouden het stemmenaantal van twee jaar tevoren halveren en Musserts beweging het stempel opdrukken van rancuneus en machteloos sectarisme - machteloos althans uit eigen kracht.