De aankondiging van het Duits-Russisch bondgenootschap sloeg in de gehele wereld als een bom in: dat de Sowjet-Unie die er zich jarenlang op beroemd had, in de strijd tegen het verfoeilijke Derde Rijk vooraan te staan, zich uit aile pogingen om zijn expansie te stuiten niet aileen terugtrok maar met dat Derde Rijk zelfs gemene. zaak maakte, werd door menige tijdgenoot beschouwd als een van de meest abjecte voorbeelden ener cynische machtspolitiek die de geschiedenis ooit te zien gegeven had. Voor de communistische partijen buiten de Sowjet-Unie kwam die omzwaai als een complete en pijnlijke verrassing: ze hadden niet de geringste aanwijzing gekregen dat hij op handen was. Het heeft zin, stil te staan bij de reacties binnen de Communistische Partij Nederland, of CPN - want dat waren de nieuwe naam en afkorting geworden van de partij die we tot dusver slechts als Communistische Partij Hoiland of CPH ten tonele voerden. Wij volgden haar in een vroeger hoofdstuk al in haar oprichting in '17 en in haar ontwikkeling in de jaren '
20 en de eerste helft van de jaren' 30: da:ar moeten wij nu bij aanknopen. Er zij aan herinnerd dat de CPH in '33 ruim 6000 leden telde, gedeeltelijk ingesteld was op conspiratieve arbeid, zich omgeven had met een aantal Z.g. mantel-organisaties, jarenlang de sociaal-democraten voor 'sociaal-fascistèn'
. en de links-socialisten voor 'verraders'
uitgemaakt had en in '33 een poging tot oprichting van een Z.g. Eenheidsfront met de SDAP, de Onafhankelijk Socialistische Partij en Sneevliets Revolutionair-Socialistische Partij had zien mislukken. Dat laatste nu, poogde zij in '35 opnieuw, maar op andere grondslag. Onder de dreiging van fascistische groepen begon in Frankrijk Dl de loop van' 34 een organisatorische samenwerking tot stand te komen tussen de leidingen van de socialistische en de cornmunistische partijen welke de verdediging van Frankrijk in het vaandel voerde. Die tactiek leek van communistisch standpunt uit meer kans op succes te bieden, zij werd na lange en heftige debatten overgenomen in wat wij nu maar het bestuur van de Komintern zuilen noemen: wat daar geschiedde, werd in werkelijkheid . bepaald door de leden die Stalin vertegenwoordigden.'het gevoel alsof wij met electrische stroom werden geladen"
.'
De spanning droegen zij naar Nederland mee terug. Zij werd op besloten vergaderingen aan het kader overgedragen. 'Men zal een breed Volksfront zien te stichten, gericht tegen het fascisme en het kapitalisme', zo zette 1. Jansen, secretaris van het district Noord-Holland, eind september de nieuwe tactiek in Haarlem uiteen:
'Een partijman moet voortaan de nationale eigenschappen van een volk respecteren en zelfs propageren. Hij moet zich nationaal voordoen, de grote nationale personen mee helpen eren, enz. De landsverdediging moet door de CPH gesteund worden De CPH zal aan nationale feestdagen (bijv. 3 oktober in Leiden) meedoen Komt er een Volksfront tot stand en komt dit front aan de regering, dan zullen de CPH' ers dit steunen en desnoods ook rninistersfuncties aanvaarden en op die manier trachten, de proletarische dictatuur in te voeren. De CPH zal in Holland nog niet stemmen voor de oorlogsbegroting, omdat Holland nog een imperialistisch land is en Oost- en West-Indië nog steeds uitbuit. De leuze 'Indië, los van Holland nu!'
blijft.'
Er ontstond in Haarlem na Jansens inleiding, zo rapporteerde de Centrale Inhchtingsdienst, 'een geweldige discussie'
"; men kan het zich indenken:
1 P. de Groot: De dertiger jaren 1930-1935, p. 2I3. 2 Cl: Overzicht 1935, no. 5,'Volksfront voor Welvaart, Vrede en Vrijheid'.
Hier werd ook officieel de nieuwe naam afgekondigd: de 'Communistische Partij Holland, sectie der Communistische Internationale', zou voortaan 'Communistische Partij Nederland'
heten. Zes maanden later deed het CPN-bestuur aan het bestuur van de SDAP het voorstel, bij de verkiezingen voor de Tweede Kamer die in mei' 3 7 zouden plaatsvinden, samen te werken en zelfs gemeenschappelijke candidatenlijsten in te dienen. Het werd afgewezen.
Aangezien Japan herfst '36 toegetreden was tot het z.g. Anti-Kominternpact dat Duitsland en Italië aangegaan waren (een losse politieke alliantie die, wat Japan betrof, niet van de grond kwam), liet de CPN op het verkiezingscongres dat zij eind' 36 belegde, de leuze 'Indië, los van Holland nu!'
vallen. Immers: een onafhankelijk Indië zou door Japan in de wacht gesleept kunnen worden en dat zou Japan (wij komen in een volgend deel op de Japanse politiek in de jaren' 30 terug) als tegenstander van de Sowjet-Unie sterker maken. De nodige 'grote nationale personen'
waar Jansen van gerept had, waren afgebeeld aan de wanden van de zaal waar dat verkiezingscongres gehouden werd: Erasmus, Vondel, Rembrandt, Multatuli en van Gogh, het podium was versierd met vredelievende witte seringen, rode bloemen en spandoeken ontbraken."
Al die onoprechte en bedriegelijke manoeuvres kwamen de positie van de CPN nauwelijks ten goede. Vier jaar massale werkloosheid ten spijt, steeg, vergeleken met' 33, haar aanhang onder de kiezers bij de stembusgang van mei '37 slechts van 3,18 tot 3,38%. De partijleiding troostte er zich mee, dat Sneevliets Revolutionair-Socialistische Arbeiderspartij (combinatie van RSP en OSP) van 1,30 tot 0,81 % gezakt was, hetgeen, aldus een resolutie van het CPN-bestuur, uitdrukking was van 'de afschuw van de arbeiders voor de contra-revolutionaire daden van de Trotzkistische helpers der Gestapo in Nederland, Spanje en in de Sowjet-Unie' - ja ook in de SowjetUnie: daar was Stalin juist bezig met het uitroeien van de communistische oude garde, zulks onder het aanvoeren van gefingeerde beschuldigingen welker absurditeit slechts door weinige communisten doorzien werd: het geloof in de Sowjet-Unie als communistische heilstaat en met name ook in de "geniale leider, kameraad Stalin', was nagenoeg onuitroeibaar, trouwens ook wel buiten de kringen van de partij: haar mantelorganisatie, de 'Ver
1 Cl: Overzicht 1937, no. I, p. 2,
Het volgend congres van de CPN (het vond in april '38 plaats, weer in Amsterdam) bracht een apart referaat tegen 'het Trotzkisme, de vijfde colonne van het fascisme',welks vertegenwoordiger in ons land' de renegaat en politiespion Sneevliet'
heette te zijn. Dat de CPN toen nog de hoop had, binnen afzienbare tijd greep te krijgen op andere groeperingen, is twijfelachtig; partijbestuurder Jan Dieters moest in een toespraak over organisatorische kwesties constateren, dat zij 'volkomen geïsoleerd'
was.ê Het enige groepje bij wie zij nadien aansluiting vond, werd gevormd door een afsplintering van de SDAP: de z.g. Troelstra-Beweging Nederland, die in de lente van' 38 opgericht was door zekere Paul Kiès, een eigengereid avonturier die wegens misdragingen op tal van gebieden kort tevoren uit de SDAP geroyeerd was; Kiès, een gewiekst demagoog, was enkele jaren lang in het noorden des lands propagandist voor de SDAP geweest: ongeveer 2000 aanhangers sleepte hij mee" - waarheen uiteindelijk, zal nog blijken. Begin september '38 sloot de CPN-leiding een soort pact van wederzijdse bijstand met hem, veel plezier zou ze er niet van beleven.
Het ledental van de CPN was sedert eind' 35, toen het ruim 5700bedroeg, gaan stijgen. Volgens opgave, gedaan aan het congres dat in april' 38 plaats vond, bedroeg het toen ruim I I 000 van wie een derde deel in Amsterdam woonde, minder dan een tiende (ca. lOOO) in Rotterdam." De stijging (die vermoedelijk met aanzienlijk ledenverloop gepaard ging") had zich voorgedaan in de periode eind '35-april '
37. Het matig verkiezingsresultaat van mei '37 remde haar blijkbaar af en de omzetting, medio april '37, van de sinds 1909verschijnende Tribune in een populairder en actueler Volksdagblad (tezelfdertijd werd het maandblad Communisme door een nieuw maandblad, Politiek en Cultuur, vervangen), bracht geen keer teweeg. De oplaag van Het Volksdagblad bedroeg ten tijde van het congres van april '38 ca. 7000 exemplaren."
Op dat congres was het, dat Paul de Groot twee nieuwe functies tegelijk veroverde: het hoofdredacteurschap van het partijdagblad dat tot dusver uitgeoefend was door de hem als intellectueel hoogst onsympathieke mr. A. S. de Leeuw, en de leiding in het z.g. partijsecretariaatleden hadden in dat ene jaar de partij weer vaarwel gezegd. (Cl: Overzicht 1936, no. I, p. 13.) 6 Cl: Overzicht 1938,' Met hen beiden samen zou de Groot zomer '
40 de eerste illegale leiding van de CPN vormen.
Terwijl de SDAP in haar reacties op het verdrag van München verdeeld was en Sneevliets RSAP van verdediging van Nederland of van de demoeratie niets wilde weten", keurde de CPN het verraad, aan Tsjecho-Slowakije bedreven, in scherpe bewoordingen af: het waren de bewoordingen die Moskou bezigde. Inderdaad: van '13 afhad de CPN, zulks geheel in overeenstemming met de lijn die de Komintern aangaf, steeds in ziedende verontwaardiging van de schanddaden van Hitler en de zijnen gerept; jaar in, jaar uit had zij bovendien de Sowjet-Unie als enig betrouwbaar tegenstander van het misdadig fascisme gehuldigd - op 22 augustus '39 viel de aankondiging van het Duits-Russisch bondgenootschap haar rauw op het lijf. Menig communist was er verbijsterd van. Een relatie van Menno ter Braak trof 'de orthodoxe communist K: (met wie vermoedelijk de Leidse taalkundige dr. J. A. N. Knuttel bedoeld is) 'als een gebroken man'
aan. 'Maar met dat al hield hij stijf en strak vol, dat dit de geniaalste zet van Stalin was tegen de fascisten! ... Ik ken deze K. zelf als een door en door eerlijk man. Van deze soort gelovigen waren er nog vele in de communistische partij. Voor hen begint thans de taak om alleswat er aan]ezuïetisme in hen is, te mobiliseren ten einde in godsnaam (in Marx' naam) maar te kunnen blijven geloven wat zij altijd geloofd hebben."
Voor de partijleiding was de voortgezette verkondiging van het oude geloof geen groot probleem. Trof Paul de Groot die met vakantie in de Vogezen vertoefde, in het eerste nummer van de Franse Hurnm;ité dat hij kon bemachtigen, nog 'een heilloze verwarring'
aan, Het Volksdagblad ging onmiddellijk en compleet overstag: de officiële berichten van het Russische persagentschap werden er al op 22 augustus 'automatisch en letterlijk'
in afgedrukr', zulks des ochtends onder de juichende kop: 'Een overwinningG. Harmsen:p.Op initiatief van Sneevliet vond medio september'in Genève een conferentieplaats van links-socialistischeuit Nederland, Engeland, Frankrijk, Tsjecho-Slowakije, Zweden, Griekenland, Palestinaende Duitse emigratie, die in een oproep verklaarde: 'Neen! De komende oorlog zal geen oorlog voor de bevrijding van een onderdrukt volk zijn, noch een oorlog voor de verdediging van de 'democratie'
tegen het fascisme. Het zal een oorlog zijn waarin twee benden rovers elkaar te lijf gaan voor een nieuwe verdeling van de wereld.'no.p.ter Braak:p.P. de Groot:p.'een slag tegen de oorlogspolitiek van Nazi-Duitsland'
geworden.' En een dag later wist Jan Dieters haarfijn te bewijzen dat er bij dit Duits-Russisch nietaanvalsverdrag geen sprake was van enige frontverandering van de SowjetUnie, 'want de Sowjet-Unie heeft reeds in 1934 een dergelijk verdrag aan Duitsland voorgesteld.'
Was Polens positie verzwakt? Dwaasheid! Nietaanvalsverdragen hadden altijd een clausule bevat, 'die ieder der deelnemers het recht geeft, het verdrag te vernietigen, zodra de mede-ondertekenaar een derde staat aanvalt. En er is geen enkele reden om aan te nemen dat deze clausule niet in het nieuwe verdrag zal worden opgenomen.P 'De SowjetUnie heeft geen afspraken en zal nooit afspraken maken met Nazi-Duitsland omtrent de gewelddadige vernietiging van een of ander land.'3 Zelfs de oude Wijnkoop moest opdraven om de '
bevrijdende betekenis' van het met Hitler gesloten verdrag toe te-lichten. 4 Al die kronkelredeneringen droegen bij tot het voortgezet isolement der communisten dat zij door hun beleid tijdens de neutraliteitsperiode nog zouden versterken.