Juist doordat het een overzicht is, geeft ons panorama van de illegaliteit", opgebouwd uit gegevens die na de bevrijding pas in de loop der jaren beschikbaar kwamen, in zoverre een onvolledig beeld dat er niet in uitkomt dat in die tijd zèlf niemand dat overzicht bezat. Wie lid was van een illegale organisatie, kende slechts de mensen met wie hij rechtstreeks
Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onder- duikers (LO)LeidenMededelingen van het Centraal Bureau der LQNationaal Steunfonds (NSF)'Natura'Ordedienst (OD)Rijksbureau voor de Voedselvoorziening in OorlogstijdBEZET NEDERLAND, ZOMER '44samenwerkte. Een eenvoudige KP'er werd door zijn KP-leider voor een bepaalde actie opgeroepen en kreeg dan zijn instructies; die KP-leider kende zijn ware naam en wist op welk adres een koerierster hem kon bereiken; bij de instructie was, als het een belangrijke actie betrof, soms een van de leden van de Top-KP aanwezig, bijvoorbeeld Scheepstra die zich dan alleen bekendmaakte als 'Bob' of 'Jalt'. Was de actie uitgevoerd, dan keerde de KP'er naar zijn adres terug; was bij die actie bijvoorbeeld een grote hoeveelheid distributiebescheiden buitgemaakt, dan nam hij terecht aan dat de zakken met bonnen te bestemder plaatse zouden aankomen maar hoe dat in zijn werk ging, wist hij niet en zijn KP-leider wist niet méér dan dat zich bij hem een persoon zou vervoegen namens 'het CDK' die voor het transport van de zakken zou zorgen. De zakken met bonnen werden opgehaald en dan werd, alweer terecht, verondersteld dat zij via die grote, in het verborgen werkende organisatie, de LO, bij de onderduikers zouden belanden, maar hoe die LO was georganiseerd en wie daar plaatselijk of in de districten of landelijk leiding aan gaf, was aan de KP'ers niet bekend. In de illegaliteit wist in beginsel niemand méér dan hij voor zijn eigen taakrnoest weten; niemand overzag de gehele organisatie en ook het zicht van de leiders aan de toppen was beperkt. Het was als werkte men in een dikke mist waarbij de leiders aan de toppen op grond van allerlei berichten en rapporten wel konden vermoeden dat aan de basis goede resultaten werden bereikt, maar hoe dat precies in zijn werk was gegaan, bleef vaak ook voor hen verborgen.