Juist omdat wij in dit deel zo veel hebben te schrijven over wandaden van de bezetter, lijkt het ons nuttig dat wij de gezagsverhoudingen aan Duitse kant eerst nog eens duidelijk uiteenzetten. Boven spraken wij van 'het beleid van het Reichskommissariat, de SD en de Wehrmacht'. Waren dat dan drie nevengeschikte instanties? Ja, inderdaad. Geen van de drie had formeel iets te zeggen over de andere twee. Seyss-Inquart was rechtstreeks ondergeschikt aan Hitler, Wehrmachtbefehlshaber Christiansen stond onder het Oberkommando der Wehrmacht en de SD ontving zijn algemene instructies van het Reichssicherheitshauptamt, Natuurlijk, een zekere mate van coördinatie was wenselijk. Al had Seyss-Inquart onder de Ausnahmezustand zijn bevoegdheden op de bestuurssector overgedragen aan de Generalkommissar fûr Verwaltung und fustiz, Wimmer, en op de polities ector aan Höherer SS- und Polizeifûhrer Rauter, hij bleef toch in civielopzicht verantwoordelijk voor wat in bezet Nederland gebeurde' en tegen besluiten van hetzij Christiansen, hetzij Rauter en Schöngarth, welke hem niet zinden, kon hij in beroep gaan bij Hitler dan wel bij de Reichsjûhrer-SS, Himmler. Rauter was trouwens behalve Höherer SS- und Polizeifûhrer óók Generalkommissar jür das Sicherheitswesen en als zodanig een van de vier onder Seyss-Inquart ressorterende Ceneralkommissare. Wat de overige drie betreft: in de praktijk had Wimmer naar boven slechts met Seyss-Inquart te maken en ons is niet gebleken dat hij van zijn grotere bevoegdheden een duidelijk gebruik heeft gemaakt, laat staan een gebruik waarmee Seyss-Inquart zich niet kon verenigen - daar was Wimmer ook te gemakzuchtig voor. Anders lag het met de fanaticus Rauter die zich
AusnahmezustandBeauftragte des Reichskommissars ftir die Provin- zenChristiansen, F. C, J'Delta's'DüsseldorfEssenGeneralleommissareGeneralkommissariat für Verwaltung und [ustiz; 4Hitler, A.LimburgMüller, W.NiedermaehlmgsbefthlRauter, H. A.ReicbskommissariatReichssicherheitshauptamtSchöngarrh, K. G. E.Seyss-Inquart, A.SpoorwegstakingWimmer, F.DUITS BESTUURSAPPARAATvan meet af aan veel meer had gevoeld als Himmlers dan als SeyssInquarts ondergeschikte. Zo ook Schöngarth: hij volgde de lijn die door het Reichssicherheitshauptamt werd aangegeven en trok zich van SeyssInquart weinig aan. Trouwens, ook met Rauter had Schöngarth spoedig na de september-crisis aanzienlijk minder te maken dan voordien; Rauter kreeg namelijk in de loop van oktober een militaire functie. Generalfeld marschall Model, bevelhebber van de Heeresgruppe B, hield het voor wenselijk dat in Nederland een aparte, uit kleinere eenheden van het leger, de Waffen-SS en de marine bestaande Kampfgruppe werd gevormd die in reserve werd gehouden om bij nieuwe Geallieerde luchtlandingen te worden ingezet, en Rauter werd tot bevelhebber van die Kampfgruppe benoemd; zij werd enkele maanden later uitgebreid met andere eenheden en kreeg toen als (vrij zwak) legerkorps het front te verdedigen van Tiel via Arnhem tot Emmerik. Er vloeide hier uit voort dat Rauter, wiens hoofdkwartier van eind '44 af in Didam was gevestigd, zich slechts eenmaal per week per auto naar Apeldoorn kon begeven om er met Seyss-Inquart overleg te plegen.