Het is als met de Jodenvervolging: dat de Reichskommissar en dat ook andere Duitse autoriteiten bepaalde individuele Joden of bepaalde kleine groepen Joden beschermden, zien wij niet als hun verdienste maar juist als een onderstreping van hun medeverantwoordelijkheid voor de massamoord die op de overige Joden werd bedreven. Zo ook Seyss-Inquarts concessies ten aanzien van de hongerwinter, d.w.z. zijn toestemming om de Centrale Rederij voor de Voedselvoorziening op te richten en twee aardappeltreinen te laten rijden. Beide concessies tonen aan dat hij het algemene beleid van de bezetter bepaalde. Zou Hitler aan een wezenlijk ander beleid zijn goedkeuring hebben gehecht? Wellicht niet - maar uit niets blijkt dat Seyss-Inquart op dat wezenlijk ander beleid heeft aangedrongen, ook niet toen hem duidelijk was dat door de voortzetting van de Spoorwegstaking geen enkel Duits belang ernstig werd geschaad. De politiek welke de Reichskommissar heeft gevolgd, is er in wezen een geweest van een redeloze wraak op weerloze burgers - zij paste volledig in de algemene politiek van het nationaal-socialistische Duitsland.