I Van Starkenborgh deed van de hem gestelde, vraag p.aseind oktober, volle twee maanden later dus, mededeling aan de regering. Welter legde de zaak aan het kabinet voor. 'Geantwoord (zal) worden', aldus de kabinetsnotulen van 4 november, 'dat dit punt alleen betrekking heeft op intemationale verhoudingen'
(de Britse regering had het inmiddels op Brits-Indië en Birma ook niet van toepassing willen verklaren), 'niet voor inwendige: (Ministerraad: Notulen, 4 nov. 1941).
Birma
Brits-Indië
Jonkman, J. A.
Koch, D. M. G.
Volksraad (Nederlands-Indië)
HET GOUVERNEMENT EN DE NATIONALISTENeigen gelijkw~rdige plaats zal hebben verworven en waarin de volledige samenwerking der gelijkgerechtigde Nederlanders en Indonesische volkeren en andere rijksgenoten ... een gelukkige samenleving zal hebben tot stand gebracht, andere staten ten voorbeeld.' 1