'Nadat de gevangenen geblinddoekt waren, werd de tolk in de gelegenheid gesteld, hun te vragen of zij nog iets hadden mee te delen. Van deze gelegenheid werd door alle drie gebruik gemaakt en hun laatste mededelingen zijn door de tolk genoteerd. Tevens verzocht Karssen om hem zijn blinddoek af te nemen, welk verzoek door de Japanner werd ingewilligd. Vervolgens stelden de manschappen van het executiepeleton zich met gevelde bajonet tegenover de gevangenen op en begonnen op een sein van de bevelvoerende Japanse officier onder het uitstoten van dierlijke kreten een soort krijgsdans uit te voeren. Op dat moment riep matroos Karssen ... die zag aankomen wat er gebeurde, uit: 'Leve de koningin, hoera!'
, waarmee door de beide anderen ... werd ingestemd met 'Hoera!'
... Onmiddellijk daarop werden zij door de dansende en gillende Jappen van het executiepeloton op beestachtige wijze met de bajonetten doorstoken en afgemaakt. Toen bij dit lugubere schouwspel enkele van de aangetreden Neder .. landse commandanten het hoofd afwendden, werd hun door kapitein Kawakatsoe op schreeuwende toon beduid dat zij ernaar moesten blijven kijken; de aanwezige officier van gezondheid viel flauw. De middelste van de drie geëxecuteerden (naast Karssen) bleek ... nog niet dood te zijn. Een Japanse luitenant trad op hem toe, haalde met een onverschillig gebaar lachend zijn pistool uit het holster en maakte hem met een schot door het hoofd af op een wijze waarop men een dolle hond zou afmaken.' 1