De 'K 12' die op 6 februari '43 moest pogen, Oentoeng aan land te zetten, had ook de geheime agent van Tiger III aan boord: een Menadonees, de aspirant-reserve-officier van de Koninklijke Marine Daniël Lapod. Hij was niet in Cairns opgeleid maar alleen in Melbourne - van der Plas, die in december '42 in Australië was aangekomen, was bij het formuleren van de hem verstrekte opdrachten betrokken geweest. Dat waren er niet minder dan vier: Lapod moest ten eerste een spionagegroep oprichten in het gebied van Malang, ten tweede een overeenkomstige groep oprichtentengang was het voor de Japanners aantrekkelijk de 'K 12' ongemoeid te laten in de hoop op een verdere succesvolle infiltratie van de agentennetten.'Oentoeng, 11cSempoe, 11cSerangbaai, 11cDANIËL LAPODin het gebied van Soerabaja, ten derde een geheime organisatie vormen, bestaande uit Nederlandse vrouwen, zulks onder een eigen leidster, en, alsof dat nog niet voldoende was, ten vierde in contact zien te komen met de guerrillastrijders van het Knil die zich nog bij Bandoeng zouden bevinden. Die laatste twee opdrachten waren door van der Plas aan de eerste twee toegevoegd - Quéré had er vergeefs bezwaar tegen gemaakt.