Met uitzondering van Bosch van Rosenthal (met hem begeerde de vorstin geen enkel contact') werden allen die wij noemden, door de koningin ontvangen. Bij het bezoek van Stikker en Kupers bleek dat de koningin, aldus later Stikker, 'goed op de hoogte was van hetgeen ten noorden van de Moerdijk op maatschappelijk en politiek gebied gaande was'
", en bij dat van aartsbisschop de Jong en ds. Gravemeyer wekte het bij deze laatste levendige ergernis dat de koningin aan de lunch de aartsbisschop aan haar rechterhand liet zitten, hem het eerst liet bedienen en met hem een eerste lang gesprek voerde 'ik vond dat'
, zei Gravemeyer vijftien jaar later, 'een achterstelling van protestants Nederland.'
3