In dat vonnis, begin november '48 uitgesproken (het proces had dus twee-en-een-half jaar geduurd), werd één punt uit de acte van beschuldiging niet-bewezen geacht: dat er sprake zou zijn geweest van een 'samenzwering'
van Japan met Duitsland en Italië, maar als groep werden de vijf-en-twintig 'samenzweerders'
op wie het vonnis betrekking had, inderdaad schuldig geacht aan het plegen van aggressie en aan talrijke oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid. Niet door alle rechters! Het Indiase lid, Radhabinod Pal, was van mening geweest dat de individuele schuld van de vijf-en-twintig niet in voldoende mate was bewezen en had hen allen willen vrijspreken. Ook drie andere rechters hadden bezwaren tegen het vonnis: de Australiër Webb en de Franse rechter Henri Bernard zagen het als een onaanvaardbare lacune dat niets over Hirohito was gezegd (Bernard achtte voorts de 'samenzwering'
niet bewezen) en de Nederlander Röling kon zich niet verenigen met de argumenten die in het vonnis waren gebruikt om het misdadige karakter van een aggressie-oorlog aan te tonen, en evenmin met het feit dat in dat vonnis burgerministers volledig verantwoordelijk waren gesteld voor de daden van militairen.