Ik heb, in de jaren 1933- 1940, in een niet gering aantal van deze zaken als raadsman gefungeerd. En ik kan mij niet herinneren ooit zo unverfroren chicaneus te hebben gepleit. Doch ik vertrouw dat zulks mij in hogere gewesten niet als zonde zal worden aangerekend. En, mocht dit wèl het geval zijn, dan kan ik in ieder geval verklaren mij te hebben bevonden in goed gezelschap. Want, en daarop wilde ik neerkomen,
Goering, H.
Kisch, I.
Pilotenhulp
Studia Rosentbaliana
Trouw-groep
, rechters, ànders onvatbaar voor chicanes, waren vrijwel steeds bereid ze tot