Churchills oorlogskabinet had voor een uiterst moeilijke beslissing gestaan. Het was duidelijk dat de Duitse strijdkrachten die naar de Balkan getransporteerd waren, Griekenland zouden aanvallen. Was het verantwoord, de
Albanië
Athene
Belgrado
Bulgarije
Churchill, W. S.
Driemogendhedenverdrag
Griekenland
Hitler, A.
Italië
Japan
Mussolini, B.
Roemenië
Sowjet-Unie
Britse strijdmacht die diep in Libye stond, te verzwakken door een deel naar Griekenland te zenden? Zou dat niet weer tot een fiasco leiden, te vergelijken met de smadelijke Engelse aftocht uit Noorwegen in de lente van '40? Anderzijds: was het niet zo dat als men Griekenland geen hulp bood, die terughoudendheid niet alleen in Engeland en de staten van het' Britse Gemenebest maar vooralook in bezet Europa en in Amerika een deplorabele indruk zou maken? 'The disadvantages of leaving Greece to her fate will be certain and far-reaching', rapporteerden de Britse Chiefs of Staf{ aan Churchills , oorlogskabinet, maar 'even the complete failure of an honourable attempt to help Greece need not be disastrous to our future ability to defeat Germany ... On balance we think the enterprise should go forward.'1 Bij die conclusie had het kabinet zich op 24 februari aangesloten. Niet dat men die 'complete failure' voor zeker hield! Misschien zou het mogelijk blijken, de Duitsers te stuiten - en dat feit zou van beslissende invloed kunnen zijn op de houding van Turkije en Joegoslavië.