Uit Leeuwarden werden van Hamel en de zijnen spoedig overgebracht naar de gevangenis in Scheveningen. Onderweg wist van Hamel de anderen toe te fluisteren dat hij alle schuld op zich 'zou nemen. Dat hij spionage bedreven had, was zonn~klaar; dat hij niet de 'van Dalen' was wiens naam op zijn paspoort stond (met de fatale, niet bestaande geboortedatum 29 februari 1915), eveneens.' Hij werd ongenadig mishandeld - hij zweeg. Zwakker kwam hij te staan toen het hoofd van de afdeling contraspionage
Allers, J. H. K.Baas Becking, L. G. M.Fall BarbarossaHamel, L. A R. J. vanHers, J. F. Ph.Hour, J. van denKoninklijke MarechausseeMesrirz, ].RijksveldwachtScheven ingen, Polizeigefongnis/ Cellenbarak- ken/'Oranjehotel'Sicherheitspolizei (und SD)Srnir, M.SpionageStorm-SSV-actie, EngelseLENTE'41van de Sicherheitspolizei und SD, SS-Sturmbannführer Joseph Schreieder, van een Nederlandse V-Mann te horen kreeg dat in Den Haag in een café verteld werd dat de Nederlandse marine-officier van Hamel als geheim agent naar bezet gebied gekomen was maar in Friesland was gearresteerd. Vrezend dat, als hij bleef ontkennen, represailles genomen zouden worden tegen zijn vader en moeder, wellicht tegen zijn oudere broer en zijn zuster, gaf van Hamel toe dat de opgegeven naam juist was en dat hij inderdaad (Schreieder bezat die gegevens al ofkon ze gemakkelijk verkrijgen) op 14 mei Ijmuiden als marine-officier verlaten had. Dat hij met een geheime opdracht in bezet gebied teruggekeerd was, bekende hij niet. Prompt werd hem gezegd dat zijn vader, moeder, broer en zuster naar het concentratiekamp overgebracht zouden worden. Toen pas kwam hij voor het feit uit dat hij inderdaad als geheim agent gearresteerd was. Dat wakkerde de nieuwsgierigheid van de Duitsers machtig aan. Zij wilden weten wat zijn precieze opdracht was, wie hem bij het zenden geholpen hadden, wie hem geld gegeven had en hoe zijn code in elkaar zat. Ten huize van Allers waren enkele berichten in code gevonden, maar daar konden de Duitsers niet uit wijs worden en een van de Nederlandse codespecialisten die zij gearresteerd hadden om bij de decodering te helpen, kolonel H. Koot, kwam er ook niet uit of beweerde dat althans. Dus werd met alle middelen getracht, van Hamels geestkracht te breken. Nacht na nacht werd hij uit zijn cel gehaald en door een van Schreieders Sachbearbeiter, de Duitser H. K. O. Haubrock, urenlang verhoord; werd het verhoor afgebroken, dan volgden in Haubrocks afwezigheid (maar deze wist precies wat er gebeurde!) de mishandelingen. Van Hamel werd bont en blauw geslagen. Drie weken lang kreeg hij Dunkelzelle: een duister hok waarin hij van geen dag of nacht wist en in zijn eigen uitwerpselen lag. Aardappelen met veel zout kreeg hij te eten, maar niets te drinken; ondragelijke dorst was het gevolg. Er werd een V-Mann bij hem ingesloten die zich als een hulpvaardige patriot voordeed. Eén nacht werd gedreigd dat als hij op de vier al honderdmaal gestelde vragen (opdracht? helpers? geld? code?) geen antwoord gaf, Hers, Mesritz, Baas Becking en Marion Smit achter elkaar gefusilleerd zouden worden; van Hamel zweeg, salvo na salvo weerklonk - hij blééf zwijgen. Eerst de volgende morgen kon een bewaker hem toefluisteren dat de vier nog in leven waren.