Rauter had op die terreur en de daaruit voortvloeiende ongeregeldheden veel tegen. Hij was het geheel eens met de secretaris-generaal van justitie,
Departement van Binnenlandse ZakenMeijer, ArnoldNationaal-Socialistische Beweging (NSB)derspartij (NSNAP-van Rappard)Nederlandse UnieProcureurs-generaalRauter, H. A.Schmidt, F.Seyss-Inquart, A.Volk en VaderlandSTRAATTERREURmr. J. C. Tenkink, dat de Weerafdelingen van de NSB, de WA, een bandeloze troep vormden. Eind januari' 41 had hij richtlijnen uitgevaardigd die nogal gedetailleerd aangaven wat 'de weerformaties' (daar hoorde ook de SA van de NSNAP toe) wèl en niet mochten doen en hoe de politie zich te gedragen had, maar die richtlijnen hielpen niet veel. De voortgezette straatterreur was een van de voornaamste redenen waarom Tenkink op 18 maart ,41 ontslag nam. Met dat al bleef Rauter zijn best doen, de WAin de hand te krijgen. Mussert deed hetzelfde en uit een aantal formaties werden leden die zich al te zeer misdroegen, verwijderd; veel verschil maakte dat niet. Inmiddels waren namelijk tamelijk wat criminele elementen in de WA opgenomen en de algemeen commandant, mr A. J. Zondervan (van wie verschillende, op matiging gerichte circulaires uitgingen), was een zwakke figuur die er niet in slaagde, zijn gezag gerespecteerd te krijgen. Dat zou trouwens ook een krachtiger figuur niet meegevallen zijn: het was nu eenmaal de functie van de WA, tegenstanders te lijf te gaan, en die straatterreur werd met name door Generalkommissar Schmidt graag gezien, ja bevorderd: zo had ook de NSDAP in Duitsland geageerd tijdens de Weimarrepubliek. wel leek Schmidt na enige tijd een zekere taakverdeling wenselijk: vermoedelijk eind mei liet hij de WA instructie geven, zich van relletjes tegen Joden te onthouden terwijl van Rappards SA juist aanwijzing kreeg, wèl tegen Joden op te treden. Schmidts bedoeling was duidelijk: de WA moest voor haar terughoudendheid waardering oogsten en de weerformaties van de tot verdwijnen gedoemde NSNAP dienden extra gediscrediteerd te worden. De WA-heerbanleider van Den Haag, J. E. Feenstra, meende overigens dat het bedoelde verbod 'het prestige van de WA een niet te onderschatten knak geeft, terwijl anderzijds moet worden toegezien dat door een onbetekenende groep als de NSNAP wèl schijnbaar goedgekeurde jodenacties worden uitgevoerd.'!