posteerde hij op de gangen, met zes bezette hij de werkkamer van Oud aan wie hij (Oud was vrijmetselaar) een imitatie-vrijmetselaarsschort voorbond: een doek met een Davidsster er op. Oud werd gedwongen, zich arm in arm met van Burink te laten fotograferen. De districtsleider van de NSB was tevoren over deze als vernedering bedoelde actie niet ingelicht, hij had intussen 'voor de wijze van uitvoering niets dan lof'
. (Rondschrijven, 29juli 1941, van de districtsleider Rotterdam der NSB, Doc 1-264, a-r), Seyss-Inquarts Beauftragter, Völckers, achtte het gebeurde daarentegen 'een kwajongensstreek van de lelijkste soort'
(Gemeentepol. Rotterdam: p.v. C. F. Völckers, 31 juli 1946, p. 55, Doc 1-1808, a-z) en op zijn voorstel werden de vijftien NSB'ers voor een maand in het pas geopende coneentratiekamp Ommen opgesloten. Eén dag lang werden zij er 'geslagen, kortom als gewone gevangenen beschouwd', maar nadien op aanwijzing van de Duitser die het kamp georganiseerd had, Schrnidts medewerker Schwier, als 'Ehrenhiiftlinge' behandeld. (A. Hiemstra-Timmenga: Verslag van gesprek met]. P. S. 4juli 1952, p. I, Doc 1-1626 A, a-z).