, 1 Formeel werd het vermogen der koninklijke familie eerst in september '41 in beslag genomen. In het college van secretarlssen-generaal stelde voorzitter Frederiks voor, tot een gemeenschappelijk protest over te gaan; medewerking daaraan werd door Rost, Goedewaagen, van Dam en Schrieke geweigerd. 'Het is een merkwaardige speling van het lot'
, zei Rost bij die gelegenheid, 'dat de laatste vorst van een regerend Huis die zijn roeping heeft gemist, zeer snel door het volk wordt vergeten. Zo is het gegaan bij het Huis Hohenzollern en zo zal het ook hier gaan.'
(Csg: Notulen, 30 sept. 1941). Van de effecten uit het koninklijk bezit werd een deel door de Duitsers te gelde gemaakt. De landgoederen, van welke de bossen van Het Loa (800 ha), het park Soestdijk (600 ha) en de landgoederen Raaphorst, Eikenhorst en Terhorst bij Wassenaar (400 ha) de belangrijkste waren, werden niet verdeeld; voorzover zij uit bossen en heidevelden bestonden, bleef Staatsbosbeheer er zijn zorgen toe uitstrekken. Het kroondomein Het Lao viel niet onder de confiscatie: het was staatseigendom, evenals het Paleis Het Loa, het Koninklijk Paleis te Amsterdam, en het Paleis Noordeinde en het Huis ten Bosch in Den Haag. Eigendom van de koninklijke familie waren wèl het Paleis Soestdijk en de kleinere paleizen aan de Kneuterdijk en aan het Lange Voorhout in Den Haag alsmede het landgoed 'De Ruygenhoek'
bij Scheveningen. De inventaris van al deze paleizen was gedeeltelijk staatseigendom, gedeeltelijk eigendom van de koninklijke familie. Enkele paleizen bleven leeg staan. Het Paleis Soestdijk en het Paleis Het Loa werden Duitse militaire hospitalen. Van de waardevolle kunstverzamelingen in de paleizen kon veel gered worden. De meubelen verdwenen voor een aanzienlijk deel naar bezet Rusland, een gedeelte naar een kasteel in de Elzas waar een herstellingsoord voor Duitse generaals ingericht werd. Uit de koninklijke stallen verdwenen alle auto's, de meeste paarden en een deel van de inventaris, de in de paleizen aanwezige wijnkelders werden door de Wehrmacht leeggehaald. a Rapport, 30 juni 1941, van H. B. aan WA-Heerbanleider Feènstra (NSB, 710).
Anjerdag
Dam, J. van
Feenstra, J. E.
Frederiks, K. J.
Goedewaagen, T., I.' 287n, 288n, 38111,400, 402; 2
Koninklijk Huis
Oirschot
Rost van Tonningen, M. M.
Schrieke, J. J.
Seyss-Inquart, A.
hervormde kerk, met een oranje bloem getooid, de dienst met het wilhelmus in, en er zijn aanwijzingen dat, ter ere van de prins, het volkslied hetzij op zaterdag 28, hetzij op maandag 30 juni in menige schoolklas gezongen werd. In Tiel en Putten nam dit soort kleine demonstraties zulk een omvang aan dat deze gemeenten een boete kregen van f 100 000, resp. f 50 000. De burgemeester van Putten werd gearresteerd, evenals zijn ambtgenoot van Alphen aan de Rijn; in die twee plaatsen en in Didam, Dreumel en Hilversum was het tot vechtpartijen gekomen. Zeker in vergelijking met Anjerdag was Koninginnedag in '40 vrij rustig verlopen. Koninginnedag' 41 werd aanzienlijk roeriger. Dat had verschillende oorzaken. De bevolking was meer geprikkeld en eerder tot uitdagend gedrag geneigd dan een jaar tevoren. Dat was al gebleken bij de Engelse V-actie en bij de reacties op de V-actie der Duitsers. Eind augustus deden bovendien wederom opwindende geruchten de ronde: Hitler zou naar Japan gevlucht zijn en Goebbels naar Italië, Goering zou in een krankzinnigengesticht zijn opgenomen en de Engelsen en de Russen zouden op het punt staan, samen een vernietigend offensief in te zetten. Die geruchten vonden in het oosten des lands zoveel geloof dat het tot 'regelrechte Voleer wanderungen Neugieriger zu den Grenzübergangsstellen' kwam-: men wilde met eigen ogen zien hoe het Naziregime ineenstortte. 'Hoe groot het optimisme van'
velen is, blijkt', schreef de burgemeester van een der gemeenten in de Achterhoek, 'uit het aantal oranjestrikken door pensiongasten meegenomen om in onze gemeente de bevrijding te vieren."
De neiging om op Koninginnedag van vertrouwen te getuigen in de komende bevrijding kreeg weer steun uit Engeland: de Royal Air Force die . in '40 op die dag een hoeveelheid pakjes sigaretten afgeworpen had, liet nu vijf-en-zeventigduizend pakjes met een half ons thee vallen die in oranjekleurig papier gewikkeld waren.ê bovendien hier en daar binnen- en buitenbanden voor fietsen. Maar er waren nu ook nieuwe krachten die, juist ter gelegenheid van de een-en-zestigste verjaardag van de vorstin, de publieke