Geen van beide uitlatingen mag men beschouwen als een volledige en letterlijke weergave van hetgeen Hitler, zo hij de oorlog zou winnen, van plan was. Waarlijk openhartig was hij jegens zijn tafelgenoten nimmer, eerder wellicht jegens Goebbels maar diens dagaantekeningen moet men met voorzichtigheid hanteren: Goebbels hield bij het dicteren van die aantekeningen rekening met het feit dat zij de stof moesten vormen voor een te publiceren dagboek. Desniettemin rechtvaardigen beide uitlatingen de conclusie dat een overwinnende Hitler Nederland als historische grootheid zou hebben doen verdwijnen - en dat Mussert die zich bereid verklaard had, deze Führer trouw te zweren 'bis in den Tod', daarmee in feite zijn hoofd in de strop zou steken.