Het viel Seyss-Inquart niet moeilijk, de NSNAP uit te schakelen. Het eerste wat geschiedde was dat van Rappard opdracht kreeg, alle partij-activiteit te staken. Hij schikte zich. Zijn optreden werd kort nadien publiekelijk gedesavoueerd: de NSB-pers mocht begin oktober een verklaring van het Reichskommissariat publiceren waarin stond dat zij die 'naar aansluiting van Nederland bij Duitsland of naar annexatie van Nederland door Duitsland'
streefden, handelden 'in strijd met de uitgesproken wil van de Fuhrer'? Het was voor van Rappard en zijn volgelingen wèl een bittere pil. Van Rappard zelf achtte zich door Seyss-Inquart en Schmidt bedrogen. Dat was hij ook. Hij deed zijn best, zijn schare als aparte formatie, zij het als een formatie in ruste, bijeen te houden. Vergeefs! Seyss-Inquart, Schmidt èn Rauter zagen het als wenselijk dat zoveel mogelijk NSNAp'ers zich bij de NSB aansloten teneinde daar het ideologisch tegenwicht tegen de '
Nederlandse' vleugel te versterken; misschien zouden ze ook wat leven in de brouwerij brengen.
'Ongepubliceerd fragment uit het dagboek van Goebbels (Doc 1-546, a-r), Dit fragment bevindt zich in de verzamelingen van de Hoover Institution on War, Revolution and Peace, Palo Alto, Californië. 2 Het Nationale Dagblad, IQ okt.'t er dan maar uit op."
Mussert had daar niet veel behoefte aan en de meeste NSNAp'ers voelden er niets voor, zich achter een leider te scharen die zij meer dan een jaar lang (sommigen nog veellanger) als een ridicule figuur beschouwd en bestreden hadden. 'Heer, verlos ons van Toon de Soep', voegde één hunner begin januari' 42 als een post scriptum aan een brief toe"
en toen de gehoorzame van Rappard aan het einde van die maand aan zijn kader meedeelde dat de NSNAP in de NSB diende op te gaan, sloegen 'grote kerels aan het huilen als kinderen, vrouwen vielen flauw', 3 'die Ver sammlung', aldus de Sicherheitsdienst, 'verlief überaus sturmisch. Wiederholt wurde mit Sleg-Heil-Rujen auf den Führer gegen eine Eingliederung in die NSB protestiert.":
Van de ca. vijftienduizend NSNAp'ers vonden niet veel meer dan zeventienhonderd een plaats in de NSB, hetzij als lid, hetzij als sympathisant; vermoedelijk gaf zich een groter aantal later als 'begunstigend lid'
van de Germaanse SS in Nederland op. Van Rappard verdween naar Duitsland waar hij in de zomer van '44 nog zijn best deed, daar werkzame NSB'ers de ogen te openen voor het Grootduitse ideaal.
Op 12 december' 41 vond in de Reichskanziei te Berlijn Musserts eedsaflegging aan Hitler plaats. Mussert had daar zwaar aan getild. Hij had tevoren een verklaring opgesteld" die hij, alvorens de eed af te leggen, in het Nederlands wilde voorlezen. In die verklaring gaf hij de reden aan waarom hij Hitler trouw wilde zweren: hij, Mussert, had al een uit WA-mannen bestaand bataljon van het Vrijwilligerslegioen op Hitler beëdigd; hij stelde zich voor, in het vervolg 'die personen en formaties welke een Germaanse opgave gaan vervullen'
(de Nederlandse SS bijvoorbeeld), dezelfde eed af te nemen, 'de logische eonsequentie daarvan is'
, schreef Mussert, 'dat ikzelve de eed van trouwaan u als Germaans Führer afleg in deze vorm: 'Ik zweer U,
Mussert zou Hider dus trouw zweren in diens kwaliteit, niet van Führer und Reichskanzler des Grossdeutschen Reiches, maar van Germanischer Fuhrer? Alsof niet beide kwaliteiten in de persoon van Hider verenigd waren! De schijnbeperking die Mussert aanbracht, had geen andere functie dan zijn geweten te sussen en zich tegen kritiek te dekken. Eenzelfde functie had een passage uit zijn verklaring waarin hij zei dat hij er bij de eedsaflegging van uitging dat Hitler nimmer iets zou eisen 'dat in strijd zou zijn met de eer, de waardigheid of de belangen van het Nederlandse volk.'
Nu, daar kon Hitler rustig naar luisteren. Er werd niet eens een toezegging van hem verlangd. Dozijnen van dergelijke toezeggingen had hij overigens al geschonden.
Inderdaad las Mussert in aanwezigheid van Seyss-Inquart, Lammers en. Bormann op die rzde december zijn verklaring aan Hider voor. Daarna legde hij de eed af. Vervolgens vond een gesprek plaats dat ongeveer een uur duurde." Mussert nam er als enige Nederlander aan deel. Niet dat hij veel kon zeggen, want Hitler stak weer een van zijn gebruikelijke, de gesprekspartner verpletterende monologen a£ Op een gegeven moment bracht Mussert het evenwel op om zijn Groot-Nederlandse wensen te onderstrepen. Hij kreeg de wind van voren! 'De Führer was van mening', aldus Musserts verslag, 'dat het niet goed zou zijn om Noord-Nederland en Vlaanderen te verenigen ... De goede trouw (brengt) nu mede dat ik mijn politieke werkzaamheden beperk tot Nederland.' Notabene! Nauwelijks was de inkt droog onder het opgemaakte eedsprotokol of Mussert had besloten, de activiteit ter verwezenlijking van een ideaal dat hij vooral na de rade mei '40 met kracht beleden had, te staken!
In Musserts verslag vinden wij verder geen mededelingen van enig belang, wèl echter in de boven al gememoreerde uitlatingen van Hitler die uit april en mei' 42 dateren. Aan zijn tafelgenoten vertelde Hider namelijk in april, 'dass sich Mussert ihm gegenüber bezüglich der Frage der Vereidigung der Legio nisten .. etwas merkwürdig ausgedrückt habe' (vermoedelijk zei Mussert iets in de geest van: een eedsaflegging op u als Reichskanzler zou voor rmj
'42 na zijn gesprek met Hitler '
aantekende: 'Auch die Niederlande dürfen kein eigenstaatliches Leben mehr führen', volgde daaro pnog deze zin: 'Er' (Hitler) 'hat das bei seiner letzten Unterredung mit dem höllandischen Nationalsozialisten führer Mussert, der andere Ziele verjolgte, ganz klar und deutlicn zum Ausdruck gebracht.'2
'Ganz klar und deutlich'? Dat betwijfelen wij. Dat zou ook niet in Hitlers tactiek passen. Maar de vergelijking met Oostenrijk was toch op zijn minst een sterke aanwijzing geweest in welke richting hij 'dacht,
Niets van dat alles vinden wij in Musserts verslag terug. Was dat zwijgen opzet? Wellicht. Maar het is toch ook mogelijk, en misschien waarschijnlijk, dat Musserts geest op die rzde december '41 zo boordevol illusies zat met betrekking tot Hitler, dat de werkelijke betekenis van de vergelijking met Oostenrijk eenvoudig niet tot hem doordrong.
Twee dagen na Musserts eedsaflegging vond in het gebouw van de Utrechtse groentenveiling de viering plaats van het tienjarig bestaan der NSB. Voorhoeve en zijn medewerkers van de propaganda-afdeling van het Hoofdkwartier hadden voorgesteld dat het Nederlandse volk ter gelegenheid van dit jubileum extra-rantsoenen brood en aardappelen zou krijgen; dat was niet doorgegaan. wel moesten de Nederlandse voedselautoriteiten er op Duits bevel voor zorgen dat de vele duizenden NSB' ers die in Utrecht bijJ. J.
Daar stonden politieke baten tegenover.
Seyss-Inquart die als persoonlijk geschenk Mussert een kolossaal, in leer gebonden exemplaar van Mein Kampf aangeboden had (een aanhanger van de SS-ideologie zag daar 'een ironische vingerwijzing'
in-), deelde aan de verzamelde NSB' ers mee dat met ingang van die 14de december de NSB de enig toegelaten politieke partij was; hij had, aldus het Nederlandse persverslag, 'alle andere verenigingen of groeperingen van politieke aard die hier in Nederland nog aanwezig zijn, ... ontbonden' (daarmee doelde hij op Nationaal Front en de Nederlandse Unie), 'voorzover zij dit niet met inzicht in de noodzakelijkheid uit eigen beweging doen'
(dat sloeg op van Rappards NSNAP).
Enig toegelaten politieke partij! Dat wekte bij de verzamelde NSB' ers groot enthousiasme en Mussert kreeg dan ook een ovatie toen hij het spreekgestoelte besteeg. Hij deelde in zijn toespraak mee dat hij naar Berlijn gegaan was, naar Hitler; hij wees er op dat in november Amerikaanse troepen in Suriname aangekomen waren en dat Nederland een week tevoren (7 december) aan Japan de oorlog verklaard had. Die twee gebeurtenissen hadden, zei hij, 'de deur dicht gedaan.'
Hij was Hitler gaan zeggen - en hierop volgden de passages uit de twee dagen tevoren in de Reichskanz/ei voorgelezen verklaring waarin Mussert uiting gegeven had aan zijn vertrouwen dat Hitler met Nederland het beste voorhad; uit dat vertrouwen had hij, zei hij nu, 'de verbondenheid op leven en dood'
als 'consequentie'
getrokken. 'Ik kan u zeggen, mijne kameraden', vervolgde hij,
'dat de Führer zich daarover zeer verheugde en ons volk de gelegenheid wil geven, niet als overwonnen natie, niet als kolonie, niet als protectoraat, maar als vrij nationaal-socialistischGermaansvolk zijn plaats in het nieuwe Europa in te nemen en zijn aandeelte hebben aan het gestaltegeven aan het nieuwe Europa.'
'De verbondenheid op leven en dood'
kon door Musserts toehoorders als beeldspraak opgevat worden; dat hunleider door middel van het afleggen van een eed, op de meest plechtige wijze dus, Hitler trouw gezworen had, vernamen zij niet. Dat bleef voorlopig een diep geheim waaromtrent slechtsJr.: 'De tweespalttussenenp.(Doe'er iets vernam.'
Bovendien waren Musserts als historisch excuus naar voren gebrachte motieven voorzover deze op Suriname en Nederlands-Indië betrekking hadden (wat met die gebieden gebeurd was, zou 'de deur dicht gedaan'
hebben), volslagen irrelevant, ja misleidend: Mussert had zich, zoals wij zagen, al vier-en-een-halve maand eerder, eind juli namelijk, bereid verklaard, Hitler trouw te zweren.
Uiteraard moesten de door Seyss-Inquart en Mussert gehouden toespraken woordelijk in de pers opgenomen worden. Op de dagelijkse persconferentie werd evenwel scherpe kritiek geuit op de wijze waarop dat over het algemeen geschied was: 'uit de opmaak, plaatsing en keuze der koppen blijkt', zo zei de woordvoerder van Goedewaagens departement,
'een bepaald streven om met die middelen die de redacties ter hantering (ik zou bijna zeggen: harer ware bedoelingen) resten, de indruk der gebeurtenissen zoveel mogelijk te verzwakken Praktisch alle bladen hebben als titel gekozen: 'De herdenking van het tienjarig bestaan van de NSB'
, alsof het iets is als de herdenking van het tienjarig bestaan van een kegelclub. Er zijn inderdaad bladen die de rede (van Mussert) geheel hebben weggedrukt en onder heel kleine kopperi hebben gezet. Op dezelfde pagina staan koppen bij absoluut onbelangrijke stadsberichtjes die veel groter en sprekender zijn.' 2 >i"
~
Dat nagenoeg de gehele pers zich dit pennitteerde, had voor SeyssInquart een aanwijzing kunnen vormen, hoezeer hij bezig was, zichzelf verder te isoleren in de associatie met de geïsoleerde NSB. Musserts beweging telde in december '41 ca. vijf-en-tachtigduizend leden en ruim zesduizend sympathisanten: tezamen nog geen anderhalf procent van de volwassen Nederlandse bevolking. En dit kleine en gehate groepje 'salle dereinst die Macht und Fuhrung in den Niederlanden übemehrnen'? Kwam het ooit zo ver, dan zou zulks op een fiasco uitlopen. Dat fiasco werd door Seyss-Inquart en zijn naaste medewerkers ook voorzien. 'Man ist sich darüber hlar', schreef Bene begin februari' 42, stellig op grond van het beraad in de Chefsiizungen,
'dass das niedertändische Volk mit 95 % heute Mussert und die NSB ablehnt und dass cine "Machtûoemahnte' durcli Mussert und die NSB tiefgehende Brschüuerung hervorru fen wiirde, durch die die Ruh.e und Ordml11g gestört, ebenso wie die IiiI' die deutsche
20
Dat wilde niet zeggen dat Seyss-Inquart en Schmidt er onder alle omstandigheden tegen waren, dat fiasco te riskeren, ja het zou voor hen ook aantrekkelijke kanten hebben, zeker na een Duitse overwinning. Immers, had de NSB eenmaal bewezen, ook dan tot niets in staat te zijn, dan zou, zo hoopten zij, de massa van het Nederlandse volk met een zucht van verlichting het opgaan in een Grootgermaans of Grootduits rijk aanvaarden. Zijn politieke activiteit voortzettend werd Mussert, te beperkt, te naïef en te eerzuchtig om dat ooit te beseffen, slachtoffer van bedrog niet alleen van de kant van Hitler maar ook van die van de Reichskommissar en zijn naaste medewerkers.
Arnold Meyer en de leden van het Driemanschap van de Nederlandse Unie mochten Seyss-Inquart wel dankbaar zijn voor zijn ontbindingsbesluiten die een einde maakten aan de situatie waarin ook zij in die sfeer van bedrog nog steeds werkzaam waren.