Japans opmars naar het zuiden,
Ciano, G.
Japan
Verenigde Staten
JAPAN DRINGT ZUIDWAARTS OPraties van het Japanse leger in China die in '33 begonnen en in '
37 tot een complete oorlog leidden. Van een bezetting van heel China was daarbij geen sprake. De Japanners wisten, met uitzondering van het verre Tsjoengking waar zich in '38 de regering van veldmaarschalk Tsjiang Kai-sjek vestigde, de grootste Chinese steden te bezetten; zij beheersten als regel de belangrijkste verbindingen tussen die steden, maar verder was er geen sprake van een effectief Japans gezag. Nationalistische en vooral communistische. guerrillatroepen wisten zich te handhaven. Het leek wel of China een soort moeras werd waarin de Japanse macht wegzonk, maar naarmate dat gevaar zich duidelijker aftekende, waren de Japanners minder geneigd, het avontuur waarin zij zich gestort hadden, als mislukt te beschouwen en hun beleid te matigen. Sterker nog: zij drongen steeds verder op. In maart '39 gingen zij tot de bezetting van het eiland Hainan over, twee maanden later tot die van de Spratly-eilanden ten noordwesten van Borneo en op II september' 40, na Frankrijks nederlaag, dwongen zij de regering van maarschalk Pétain de concessie af dat zij in het noorden van de Franse kolonie Indo-China enkele vliegvelden mochten aanleggen. Er kwam daar ook een Japans garnizoen te liggen.