Het verzoek van de uitgeverij sprak hem aan. Hij had een vlotte pen. Begin november kwam zijn boekje van de pers. De uitgever had er een fel rode kaft om gedaan en daarop stond in zwarte opdruk: 666, het getal eens mensen. De intrigerende titel lokte veel kopers aan, de exemplaren vlogen weg. 'Tot een nieuwe dwaasheid'
, zo las men op pagina 97, 'is men in verband met dit getal gekomen in onze dagen: vlijtige puzzelaars, hier of in het buitenland, ik weet niet waar de oorsprong ligt van dat geknutsel, hebben ... de naam van de Rijkskanseliervan Duitsland er bij betrokken. Hoe onzinnig deze goochelarij met Bijbelteksten is, is zonder enige moeite aan te tonen. Johannes zal toch zeker niet met de getalwaarde van het Duitse, Franse, Engelse of Hollandse alfabet gerekend hebben ... Hoe willekeurig is het uitgangspunt om die nummering te laten aanvangenmet 100 ... Op dezewijze zijn verscheidenenamen in dit getal te ontdekken ... En wie de moeite zou nemen, het adresboek van Den Haag of van welke stad ook, op te slaan, zou zeker een reeks van namen van zesletters vinden die bij optelling der letters op deze wijze, 666 zouden opleveren.'