Het Parool had in de eerste helft van '42, zoals wij in ons vorige deel beschreven, zware klappen moeten incasseren: in januari was de eigenlijke oprichter, Frans Goedhart, in Duitse handen gevallen en in rnaart hadden V orrink en Althoff de redactie verlaten; V orrink ging nadien een eigen illegaal blad uitgeven, Verzet. Van de oorspronkelijke redactie waren slechts twee leden overgebleven: J. Nunes Vaz en mr. J. C. S. Warendorf. Drie nieuwe, nogal jeugdige redacteuren trokken zij aan: drs. J. Meijer en diens twee vrienden mr. C. H. de Groot en drs. W. van Norden. Met de nodige ups en downs (onder de drukkers en verspreiders vielen nieuwe slachtoffers) werd de productie voortgezet. In de: herfst van '42 werd de top door een haast dodelijke slag getroffen: vlak ~chter elkaar werden Meijer, van Norden en Nunes Vaz gearresteerd, de laatste" als Joodse onderduiker"; Warendorfbesloot toen, naar Engeland te vluchten. Via een fimctionaris van de Joodse Raad in Maastricht kwam hij met een Belgische pilotenhulporganisatie in contact die hem over de grens haalde. Hij zat daarop van begin november' 42 tot begin mei '
43 in Parijs ondergedoken. Weer was het een Belgische organisatie die hem hielp, Spanje te bereiken; uit Lissabon kwam hij eind mei in Londen aan.