Waarom zijn de strafmaatregelen van de bezetter tot Viehoff en Wedeven beperkt gebleven? Wist hij dan niet dat Wassenbergh een protestactie van de gehele rechterlijke macht ontketend had? Dat zulks aan de bezetter niet bekend was, werd door Schrieke gesuggereerd toen hij, in antwoord op hun brief van IS maart, Wassenbergh en van Roijen alsmede diegenen die hun adhesie met die briefbetuigd hadden, deed weten dat hij veiligheidshalve al hun stukken in het departementaal archief opgeborgen had. Dat was een volstrekt misleidende mededeling: Schrieke had de brief van Wassenbergh en van Roijen wel degelijk in vertaling aan het Reichskommissariat doen toekomen; de adhesiebetuigingen had hij vastgehouden, maar hij had het Reichshommissariat wèl het concept gestuurd voor zijn antwoord plus een opgave waaruit bleek dat hij aan alle gerechtshoven en rechtbanken een kopie zou zenden: het feit van de collectieve actie was dus door hem aan het Reichskommissariat wel degelijk duidelijk gemaakt. Toen hij dat deed, was die actie daar overigens al bekend: het exemplaar van hun afschrift dat Wassenbergh en van Roijen aan de rechtbank in Den Bosch hadden doen toekomen, was aan Verwaltung und Justiz toegezonden; wie dat stuk aan de Duitsers in handen gespeeld heeft, is onbekend.