Vreemd: wie op donderdagochtend 25 maart '43 zijn woning verliet, op straat kwam en daarbij een huis passeerde waar een arts zijn praktijk uitoefende, constateerde dat over de aanduiding 'arts'
een stuk papier of kart on geplakt was of dat men over dat woord heengeschilderd had. De patiënten ' die zich voor het ochtendspreekuur kwamen aanmelden, vroegen zich af of de vertrouwde huisarts nog wel zijn praktijk uitoefende. Ja, men werd toegelaten, men kreeg, voorzover nodig, het gebruikelijke recept - alleen was bovenop dat recept ook al weer door het woord 'arts'
een streep gehaald. Waarom dit alles? Veruit de meeste artsen hadden geen enkel bezwaar om ' hun handelwijze toe te lichten: zij hadden de titel 'arts'
geschrapt teneinde daardoor beschermd te zijn tegen allerlei dwangmaatregelen van een 'foute'
instelling: de Nederlandse Artsenkamer. Iedereen wist evenwel dat die 'foute'
instellingen door de Duitsers in het leven geroepen waren. Hoe dat zij: men juichte het toe dat de Artsenkamer zo openlijk afgewezen werd en men constateerde nog diezelfde dag dat hier sprake was van een blijkbaar uitnemend voorbereide gezamenlijke actie: bij nagenoeg elke arts was de aanduiding 'arts'
onleesbaar gemaakt. Er werd druk over gesproken. 'Het respect voor de flinke honding der artsen wàs reeds algemeen en daar is nu'
, zo reageerde Het Parool in zijn eerstvolgend nummer, 'de vreugde bij gekomen over de duidelijke demonstratie van afkeer tegen de nationaal-socialistischebeginselen!Juist onder de huidige omstandigheden, nu zulke zware slagen op ons volk neerkomen, is het verzet der artsen een heerlijke verademing voor iedereen. Het steekt de zwakke broeders een hart onder de riem en versterkt het nationale zelfvertrouwen!'
1