Tilburg had begin '44 nog steeds een gemeentebestuur dat 'goed' was. Wel had burgemeester mr. J. C. A. M. van de Mortel tal van moeilijkheden gehad met Duitse en NSB-instanties maar de bezetter had hem nog niet ontslagen. Van de vier wethouders waren er drie in de zomer van '42 als gijzelaar gearresteerd - één was onmiddellijk vrijgelaten omdat de burgemeester bezwaarlijk met slechts één wethouder leiding kon geven aan het gemeentelijk bestuursapparaat. Hij behield er dus twee, maar van die twee kwam één enkele maanden later te overlijden. Op de benoeming van een opvolger werd door de burgerneester en de enige overgebleven wethouder, H. F. van Dullemen, niet aangedrongen; er zou dan immers stellig een NSB' er of anderszins 'foute' figuur benoemd worden. Aanstelling van NSB' ers in het gemeenteapparaat had men niet geheel kunnen voorkomen, maar de NSB had, afgezien van de leiding der politie (de commissaris was 'fout'), maar weinig strategische posities in handen gekregen. Niet alleen onder de burgerij maar ook onder het overheidspersoneel was de stemming over het algemeen antiDuits (de irriterende aanwezigheid van een bataljon Ordnungspolizei kan daartoe bijgedragen hebben); onder dat personeel waren er verscheidenen die steun gaven aan de illegaliteit. Men vond ze bij het gewestelijk arbeidsbureau, maar ook op het gemeentehuis en bij de gemeentelijke diensten. Met name het onder wethouder van Dullemen ressorterende Evacuatiebureau (de dienst die de evacué's van elders in Tilburg onderbracht en de voor hen geldende regelingen toepaste) was een centrum van illegaal werk geworden. De chef, J. Th. P. M. Poort", had bij dit bureau, dat een onderafdeling was van de afdeling bevolking der gemeentesecretarie, in de loop van '43 extrapersoneelsleden aangetrokken van wie hij vermoedde dat zij voor illegaal werk geschikt waren (ondergedoken studenten, ook anderen), en zij waren nadien in diensttijd hoofdzakelijk voor de Landelijke Organisatie gaan werken: zij waren het die in en bij Tilburg bonkaarten, identiteitspapieren en geld bij de talrijke onderduikers rondbrachten. Poort bezat rechtstreekseceerd is in de in '48 verschenen uitgave van het Tilburgse gemeentebestuur:AdministratiefVerzetDisrriburiekanroren (overvallen)Dullernen, H. F. vanGijzelaarsLandelijke Organisatie voor Hulp aan Onder- duikers (LO)Mortel. J. CA. M. van deNationaal-Socialistische Beweging (NSB)OrdnungspolizeiOvervallenPoort, J. Th. P. M.TilburgHULP AAN ONDERDUIKERScontacten niet alleen met de LO-Ieiding, maar ook met een voor de LO opererende Knokploeg, de KP-Soest (daar had zij haar basis), die geleid werd door een technisch ambtenaar van de Nederlandse Heidemaatschappij, Johannes van Zanten. Van Zanten was getrouwd en had vijfkinderen maar zijn gezin dat in Kesteren woonde, zag hem nog maar weinig.