Het namaken van andere identiteitspapieren waaraan personen die zich aan de greep van de bezetter wilden onttrekken, behoefte hadden, was, zij het vaak verre van eenvoudig, minder moeilijk dan het namaken van persoonsbewijzen. Die andere papieren waren steeds veel simpeler: het ging dan om gedrukte of gestencilde stukken die veelal het stempel vertoonden van de instantie die ze uitgegeven had, plus het handtekeningstempel van de autoriteit die bevoegd was tot afgifte. Enkele van die papieren noemden we al in het vorige hoofdstuk: de blauwe Ausweise die de ex-militairen nodig hadden, en de blauwe en witte, later bruine Ausweise op grond waarvan leden van bepaalde jaarklassen buiten de arbeidsinzet vielen. Het is ondoenlijk, een opsomming te geven, welke papieren nog meer nagemaakt werden - het waren er tientallen, zo niet honderden verschillende. Zo werden bijvoorbeeld de papieren nagemaakt waarmee men uit bezet gebied naar Belgiƫ of Frankrijk of (men denke aan de elandestien terugkerende studenten) uit Duitsland naar Nederland kon reizen. Daartoe maakte men niet alleen de Aus en Binreisegenehmigungen na maar ook de papieren van firma's waarbij de illegaal reizende z.g. in dienst was en die hem of haar opdracht tot de 'reis'
verstrekt hadden. Ten behoeve van Joden die 'ge-Calmeyerd'
moesten worden of die een Palestina-certificate trachtten te verkrijgen, werden veelal reeksen valse papieren geproduceerd. 'Men heeft bijvoorbeeld'
, aldus weer C. J. Riibsaam,