Het enige LO-district waarvan financiële cijfers bewaardgebleven zijn, is het district Breda. Dit district, aldus Het Grote Gebod','gaf in de nazomer van '44', d.w.z, na het uitbreken van de Spoorwegstaking (17 september '44), 'maandelijks f 37000 uit voor 380 onderduikers' (per onderduiker dus bijna f roo"), 'f 18 000 voor 120 gezinnen van onderduikers' (f ISO per gezin), 'f 4000 voor 80 Joodse onderduikers' (alleen kostgeld: f 50 per onderduiker), 'f 2700 voor 40 ondergedoken militairen' (bijna f 70 per persoon), 'f 1200 voor 9 ambtenaren' (ruim f 135 per persoon), 'f 1450 voor 9 gezinnen van gefusilleerden, gevangenen en gijzelaars' (f ISO per gezin), 'en f 40000 voor 210 spoorwegmannen' (bijna f 200 per gezin"). Per maand werd toen dus ruim f 104°00 uitgeven. In totaal gaf het LO-district Breda ca. f 500 000. uit (Breda werd eind oktober bevrijd); daarvan was de helft door de LO zelf ingezameld, de helft door het Nationaal Steunfonds ter beschikking gesteld. Er waren overigens door dit district veel méér 'gewone' onderduikers ondergebracht dan 380. Voor veruit de meesten behoefde niet betaald te worden en van een deel van de overigen werd de onderduik niet door
BredaHet Grote Gebod. Gedenkboek van het verzet in LO en LKPHolla, H. B. S.JodenNationaal Steunfonds (NSF)Onderduik(ers), joodseRaaijmakers, A.SpoorwegstakingHULP AAN ONDERDUIKERSde LO gefinancierd maar door de kerken, 'bijvoorbeeld nam de gereformeerde diaconie aile gereformeerde onderduikers voor haar rekening."