'kwamen de eindeloze klachten op de provinciale en districtsvergaderingen : van Jan die zo'n tochtig kamertje had; van Piet die iedere dag aardappels moest schillen; van Kees die zelf z'n was moest doen, en zo tot in 't oneindige '
tWas niet zeldzaam als men van een aspirant-onderduiker, die niet binnen een week een plaats met toebehoren had gekregen, te horen kreeg dat hij inmiddels voor de Wehrmacht was gaan werken"