De krijgsgevangenen werden in Colditz correct behandeld. Toen het hoofd van de Schutzmachtabteilung van de Zweedse legatie te Berlijn, Erik de Laval, begin februari '42 een bezoek bracht aan de Nederlandse groep, had majoor Engles geen enkele klacht te uiten; de Kommandant van Colditz zei aan de Laval dat (aldus de vertaling van diens rapport, als ontvangen door het Nederlandse departement van oorlog te Londen) 'de Nederlanders in