Het was voor de koningin, onwetend als zij was van het ministerieel beraad (de kabinetsnotulen kreeg zij volgens oud gebruik niet te zien),
Bingham,S.
Brijnen van Houten, P.
Commissie-Oorlogvoering (Idter
Hooper, W.
Menzies,S.
Military Intelligence (MI)-5
Military Intelligence (MI)-6, s
Tweede ministerie-De Geer (1939-1940)
Passport Control Office (Den Haag)
Petrie, D.
Vrinten, A. J. J.
Willik, P. N. van der
wat die mmisters man voor man in de nieuwe omstandigheden waard waren. Van 't Sant kreeg opdracht, op informatie uit te gaan. 'Kort na onze aankomst in Londen'
, aldus Dijxhoorn,! vroeg hij deze om inlichtingen o.m. aangaande Steenberghe, Welter, Furstner en van Angeren inlichtingen welke Dijxhoorn hem weigerde te geven." Maar Dijxhoorn zal wel niet de enige geweest zijn tot wie van 't Sant zich wendde. Wat deze laatste vernam, rapporteerde hij dagelijks aan de koningin. Beiden waren diep teleurgesteld over de radiotoespraak waarin de Geer er bij de bevolking van bezet gebied op aangedrongen had, 'de achting van de tegenstander te verdienen'
. Toen reeds stond, zo nemen wij aan, voor de koningin vast dat deze minister-president ten spoedigste vervangen moest worden." Nauwe samenwerking met MI-s achtte zij allerminst schadelijk voor de Nederlandse belangen, maar juist bevorderlijk: Nederlands bevrijding hing van een uiteindelijke overwinning van Engeland en zijn bondgenoten af, de uitschakeling van diegenen die niet met hart en ziel achter de Engelse oorlogvoering stonden, was tegelijk een Engels èn een Nederlands belang."