Van maand tot maand werd de verhouding tussen de koningin en Dijxhoorn slechter. Zij wenste een andere minister van defensie, maar kon haar doel niet bereiken: gegeven de tegenstellingen die nog steeds binnen het kabinet bestonden, voorzag Gerbrandy dat een heengaan van Dijxlioom door het heengaan van anderen gevolgd zou worden. De koningin, uitermate gebelgd over van Oorschots ingrijpen in de zaak-van Buuren, wenste dat de Nederlandse militaire missie te Londen waarvan van Oorschot nog steeds hoofd was, opgeheven zou worden - Gerbrandy maakte die wens tot de zijne, maar Dijxhoorn weigerde medewerking: de missie bleef. Er waren voortdurend moeilijkheden over het toekennen van onderscheidingen: de eerste drie Engelandvaarders kregen wèl het Bronzen Kruis, maar voor de volgende twee achtte Dijxlioom dat tot ergernis van de koningin niet nodig. Er bereikten de koningin klachten over de slechte geest bij het Nederlandse Legioen - ze gaf ze aan Gerbrandy door, Gerbrandy verzocht Dijxhoorn, in de ministerraad een uiteenzetting te geven hoe het er met het Legioen voorstond, en Dijxhoorn, gegriefd dat Gerbrandy die klachten niet eerst met hèm besproken had, schreef hem prompt dat hij 'ernstig (overwoog)', ontslag te nernen.ê Toen Dijxlioom medio januari ,4I als gevolg van een door Gerbrandy overgebracht verzoek door de koningin ontvangen werd, viel van haar kant de ene geprikkelde opmerking na de andere, 'bij de marine gaat alles goed', zei zij, waartegen Dijxhoorn zich verweerde door te zeggen dat dat niet juist was, 'ik vertelde toen aan Hare Majesteit', aldus Dijxhoorn in het verslag dat hij onmiddellijk na het onderhoud schreef 3, 'dat destijds' (meer dan zeven maanden tevoren) 'H. M.'s 'Sumatra' en 'Van Heemskerck' naar Canada waren vertrokken, zonder dat ik, als minister van defensie, daar iets van wist.' Voorbeeld naGerbrandy (Collectie-Dijxhoorn, map 'Stemming Legioen'). a Dijxhoorn: 'Memoires', bijl.Buuren, A. D. vanCanadaDijxhoorn, A. Q. H.Engelandvaarders'Jacob van Heemskerck', deKruis van VerdiensteNederlands LegioenNederlandse militaire missieOorschot, J. W. vanSant, F. van 'r'Sumatra', deTempel, J. van denGERBRANDY'S EERSTE JAARvoorbeeld gaf hij 'om aan te tonen hoe vlot men in de Londense samenleving over de tenen van de minister van defensie heenliep' (niet beseffend dat hij met elk voorbeeld dieper in de achting van de koningin daalde). 'Hare Majesteit verzocht mij, in den vervolge dergelijke zaken niet meer met haar te bespreken, zoiets had zij nog nooit meegemaakt. Aangezien ik niets meer zeide, ontstond er een pauze. Na naar schatting een minuut hervatte Hare Majesteit het gesprek met de opmerking dat zij mij in lange tijd niet had gesproken, omdat daar geen aanleiding voor was geweest' - misschien wilde hij haar nu zijn mening zeggen 'over de oorlogvoering te land en in de lucht. De marine mocht er klaarblijkelijk niet bij.'