1 Kiek werd terdoodveroordeeld, maar de uitvoering van het vonnis werd uitgesteld omdat een bepaalde eenheid van de Geheime Feldpolizei (de 'recherche'
van de Abwehr) hem nog wilde verhoren. Daar kwam het niet meer toe en zo bleef hij, na in verscheidene gevangenissen in Duitsland opgesloten te zijn, in leven. 'Het was'
, vertelde hij ons in '77, 'ondragelijk moeilijk 0111 elke dag opnieuw te weten dat je die dag geëxecuteerd kon worden.'
(M. Kiek, 31 maart 1977)
Arnhem, slag bij
Binnenlandse Strijdkrachten (BS), Nederland- se
Enquêtecommissie 'Regeringsbeleid 1940- 1945'
Kiek. M .
Kragr, D.
Military lntelligence (MI)-9
Piller, J.
Pilotenhulp
Somer, J. M.
stukken zorgden, de BBO-officier die met de afwikkeling belast was, kapitein K. de Graaf, de zijne verwaarloosde. Aan de Enquêtecommissie werd door hem verklaard dat het BBO, 'als ik mag schatten, veertig' agenten uitgezonden had-, de dagelijkse leider, majoor F. J. Klijzing, sprak evenwel van 'ongeveer honderd'
. 2