, Tekst in Doe 11-582, b-I. 2 In diezelfde nacht werd een toestel met vier andere BBO-agenten boven het Ijsselmeer neergeschoten; allen verdronken. Wat het latere lot van de Goede, Mulholland en van Duyn betreft, vermelden wij dat de Goede tot de bevrijding actief bleef; Mulholland werd als gevolg van de grote razzia te Rotterdam (10 en II november '44) naar Duitsland afgevoerd waar hij in Bamberg terecht kwam; van Duyn werd medio december '44 gearresteerd maar kort
Bamberg
Bestuursvoorziening na de oorlog
Enquêtecommissie 'Regeringsbeleid 1940- 1945'
Goede, L. A. de
Landelijke Knokploegen (LKP)
Mulholland, L. G.
Ordedienst (OD)
Raad van Verzet (RVV)
Razzia's
Rotterdam
BEZET NEDERLAND, ZOMER '44zoeken naar illegale groepen die, anders dan de OD, geschikt werden geacht om explosieven en wapens in ontvangst te nemen; men had hun gewezen op de Raad van Verzet en de bedoeling was dat zij zich via de RVV nader zouden oriënteren. Zij konden, schijnt het, de RVV niet vinden. Beiden hadden in bezet gebied deelgenomen aan het illegale werk en Mulholland had daarbij nauw samengewerkt met 'Witte Piet'
oftewel Piet de Beer, een vooraanstaand KP'er maar in juli '
44 nog niet lid van de Top van de LKP. Mulholland gaf bericht door naar Rotterdam en kon zich bij de Beer melden. Deze nam onmiddellijk contact op met Scheepstra die er uiteraard van Bijnen ('Frank'
) bijhaalde. 'Bij die bespreking zei ik'
, aldus Scheepstra aan de Enquêtecommissie,