In de laatste dagen van augustus en de eerste van september had Thijssen als hoofd van het Operatie-Centrum van de Raad van Verzet de beschikking over sabotagegroepen op de Veluwe, in Twente, in Noorden Zuid-Limburg, in Eindhoven, Den Bosch en Breda, in Utrecht, in Rotterdam en Den Haag, en in de Zaanstreek; in de stad Utrecht was daar een groep OD'ers bijgekomen en in de Achterhoek had hij contact gekregen met een groep die onder leiding stond van dr. ir. E. J. Bosch van Rosenthal, een broer van de ontslagen commissaris van de provincie Utrecht, mr. dr. L. H. N. Bosch van Rosenthal. Numeriek waren deze groepen zwakker dan de Knokploegen; zij kregen ook minder materiaal uit Engeland, pI. bij de twee droppings samen slechts 12 containers' '
een karige zending', vond Thijssen." De dropping op de Veluwe (bij Vaassen) kwam te laat om het materiaal nog vóór Dolle Dinsdag te gebruiken. Berend Dijkman ('Piet van de Veluwe'
), een ontslagen politieman uit Ermelo die als commandant van de 'brigade-Veluwe'
optrad, was, zo schreef hij op S september aan een van Thijssens naaste medewerkers, met vier helpers twee nachten bezig geweest om de zending uit te pakken en te inventariseren en had ook op die yde nog geen kans gezien om het materiaal te transporteren ('bestaat er nog een mogelijkheid om aan benzinebonnen te komen? Dan graag spoedige toezending, daar ik dan de beschikking over (een 1 ziekenauto kan krijgen' 3).