Daags na de bevrijding van Eindhoven, 19 september, arriveerde er het hoofd van de subsectie-Pers van het Militair Gezag, kapitein J. A. van Houten (niet te verwarren met de BI-officier majoor mr. Charles van Houten!). Er lagen drie bevrijdingsedities gereed: van het Eindhovens Dagblad, van Oost-Brabant en van het weekblad Het Parool. Geen van de drie kon gedrukt worden; er was namelijk geen stroom. Aan van Houten bleek overigens dat de militaire commissaris van Eindhoven, majoor Verhoeff, op aandrang van burgemeester Verdijk al had goedgekeurd dat Oost-Brabant zou gaan verschijnen. Van Houten ging op onderzoek uit, constateerde dat Zoetmulder hoogst verontwaardigd was, maar kwam tot de conclusie dat, 'gezien de plaatselijke omstandigheden en de volledig nieuwe redactie en directie'
(er was voor Oost-Brabant een aparte directeur 55
Borghours, J. J. F.
Brabantia Nostra
Brouwer, J. de
Burger, J. A. W.
Dagblad van het Zuiden
Eindhoven
Eindhovens Dagblad
Houten, Ch. H. J. F. van
Houten, J. A. van
Huysmans, G. W. M.
Militaire Commissarissen
Nederlandse Unie
Oost-Brabant
Het Parool; 1
Radio Oranje
Verhoeff, c.
E 69 Tijdelijk Persbesluit
benoemd), de beslissing van majoor Verhoeff moest worden aanvaard.'