De inzet van de V-wapens, in welk verband Nederland benoorden de grote rivieren speciale betekenis had, onderstreepte dat Hitler vastbesloten was de oorlog voort te zetten. Hij had in de zomer van' 44 in Frankrijk en België alsmede aan het Oostelijk front (daar had het Rode Leger al bruggehoofden kunnen vormen over de Weiehsel) zeer zware verliezen geleden, moest in de herfst de Balkan prijsgeven (daarover straks meer)
, J. G. Raatgever jr.: Van Dolle Dinsdag tot de beurijding. p. 135. 2 Van Kleffens: 'Dagboek'
, 14 maart 1945. 3 Tevens werden bij een dropping in Zuid-Holland enkele containers afgeworpen met verbandmiddelen, medische instrumenten en medicijnen, waaronder penicilline op ijs. Voor het gebruik van die penicilline bleken telegrafische aanwijzingen nodig te zijn het middel was in Nederland nog onbekend.'44 nog steeds belangrijk hoger dan eind '
43. Een gevaarlijke crisis op het gebied van de voorziening met motorbrandstof werd bezworen. In de zomer verloor Duitsland de Roemeense aardolievelden en er werd voorts in die periode door de Britse en de Amerikaanse zware bommenwerpers zoveel schade toegebracht aan de Duitse installaties voor synthetische benzine dat het er in september naar uitzag dat aan de mobiliteit van de Duitse strijdkrachten spoedig de doodsteek zou worden toegebracht. Het geconcentreerde luchtoffensief werd evenwel niet voortgezet en de Duitsers wisten de productie van motorbrandstofweer omhoog te krijgen. Zeker, van Engeland uit bleven Bomber Command van de RAF en de Amerikaanse Eighth Air Force zware schade toebrengen o.m. aan het Duitse verkeerswezen (van Zuid-Italië uit deed de Amerikaanse Twelfth Air Force hetzelfde) maar die schade was door de spreiding van doelen welke werd nagestreefd', niet beslissend, zij het dat zich in Duitsland tegen het eindeAmerikaanse Eighth Air Force liet in september 19 alo van zijn bommen vallen op aardolie-doelen, in oktober I2 %, in november 40'45 óók zou gaan dalen, omstreeks de jaarswisseling was bij de Duitse strijdkrachten bepaald nog geen sprake van een tekort aan wapens.'
Hoe die strijdkrachten te gebruiken?
Hitler besefte dat hij geen schijn van kans meer had, de oorlog te winnen - de enige hoop die hem restte was dat zich te eniger tijd zulk een mate van verdeeldheid zou gaan voordoen tussen de Sowjet-Unie enerzijds en de Verenigde Staten en Engeland anderzijds dat hij zich met zijn regime op de een of andere wijze (hoe, was niet te voorzien) zou kunnen handhaven. Zijn strategie was er op gericht, tijd te winnen; ze was defensief. Wel te verstaan: een strategisch defensief sluit offensieve operaties niet uit. Het komt in een oorlog aan op het breken van de wil tot volhouden bij de tegenstander. Dat hem dat bij de Sowjet-Unie zou gelukken, achtte Hitler uitgesloten, maar wat de Verenigde Staten en Engeland betrof, hield hij het voor. mogelijk dat zich, als hij hun strijdkrachten in West-Europa een zware nederlaag zou toebrengen, bijernstige problemen zou hebben gesteld, maar boten van dat nieuwe type waren nog niet in gebruik genomen toen Duitsland'wig'
Ardennen-Antwerpen van hun bases zouden worden afgesneden. Enkele weken later liet Hitler de resten van een aantal SS-Panzey-divisies naar militaire kampementen in Westfalen en Hannover overbrengen waar zij op sterkte gebracht en, voorzover nodig, nieuw uitgerust werden - zij zouden toegevoegd worden aan het Vijfde Paneer en het Zesde SS-Panzer-Ieger die samen met het uit infanteriedivisies bestaande Zevende Leger de doorstoot naar Antwerpen moesten uitvoeren. Meer nog. Hitlers plan hield óók in dat, als het offensief door de Ardennen eenmaal belangrijke vorderingen had gemaakt, van ZuidDuitsland uit getracht zou worden, de gehele Elzas te heroveren en dat van bezet Nederland, nl. van het Land van Altena uit, een stoot zou worden ondernomen ook al in de richting van Antwerpen.
Deze gehele actie werd in diep geheim op touw gezet. 1 Alle voorbereidingen hield Hitler in eigen hand. Door de op hem gepleegde aanslag (20 juli '44) was zijn wantrouwen jegens de traditionele generaals zo versterkt dat hij de planning voor het Ardennen-offensief toevertrouwde aan zijn naaste medewerkers van het Oberkommando dey Wehrmacht. Buiten hun kleine kring werd vrijwel niemand ingelicht. Tot de enkelen die wèl informatie kregen, behoorden von Rundstedt, de Oberbefehlshaber West, en Model, de Oberbefehlshaber van de Heeresgruppe B, waarbij de legers zouden worden ingedeeld welke de stoot door de Ardennen zouden moeten uitvoeren. Von Rundstedts en Models stafchefs werden eind
1 In de verwachting dat in eerste instantie Zuid-Nederland en een deel van België opnieuw zouden worden bezet, kregen de Duitse troepen nieuwe instructies voor hun gedrag jegens de burgerbevolking; grondslag was daarbij dat geen enkel persoonlijk verkeer was toegestaan tussen die troepen en leden van de burgerij. 'Ill behordlichem Verkehr dey Besalzungsmachl ist', zo heette het verder in een door het Oberleonnnaudo dey WehYl1l.achlsamengesteld "Merleblatt' (exemplaar in HSSuPF, 10 c), 'den Landesein iuolmern gegel/über Slrellg, gerecht und mit eindeutiger Bestimmtheit
Begin november werd begonnen met de verplaatsing van de SS divisies uit Westfalen en Hannover naar de Eifel. Hitiers bevel hield in dat alle voorbereidingen op 27 november moesten zijn voltooid. Dat bleek onmogelijk, o.m. doordat meer tijd nodig was voor het opbouwen van voorraden motorbrandstof. Die had men pas op 10 december bijeen, goeddeels beoosten de Rijn overigens. Diezelfde dag betrok Hitler het geheime hoofdkwartier in Bad Nauheim (niet ver van Frankfort aan de Main), van waaruit hij in mei en juni '40 de Duitse veldtocht in WestEuropa had geleid. Nog moest hij enkele dagen zijn ongeduld bedwingen, maar op de I yde kon het definitieve bevel uitgaan dat de twee Panzer-legers mèt de andere eenheden (zeven tank- en dertien infanteriedivisies zouden in eerste instantie in de strijd geworpen worden) op de rode om half zes 's morgens tot het offensief moesten overgaan. Daarbij zouden, gelijk in hoofdstuk S vermeld, ca. drieduizend uit de Waffen-SS en de Wehrmacht bijeengeschraapte militairen die Amerikaans spraken (of wat daarvoor doorging) zoveel mogelijk gestoken zijn in Amerikaanse uniformen; die SS'ers zouden ook Amerikaanse zakboekjes bij zich hebben - meer dan tweeduizend van die uniformen en zakboekjes hadden de Duitsers zich begin november eenvoudig toegeëigend uit een depot van het Rode Kruis dat in Pommeren was gelegen. De bedoeling was dat uit die militairen ca. veertig Kommandos zouden worden gevormd (groepjes van vier man van wie op zijn minst één perfect Amerikaans zou spreken) die in jeeps achter het Geallieerde front zouden gaan rondrijden om er, route-aanduidingen verplaatsend en valse orders doorgevend, een maximum aan verwarring te scheppen en dat, als eenmaal bressen in het Amerikaanse front waren geslagen, de hoofdmacht van die militairen, gegroepeerd in een tankbrigade (Panzerbrigade 150) voorwaarts zou stormen om tussen Namen en Luik bij verrassing de Maasbruggen te veroveren.
De Geallieerden werden door het offensief volledig verrast.
Op 7 december, negen dagen voor het werd ingezet, had Eisenhower in Maastricht overlegd met de bevelhebbers van twee van de drie onder hem dienende Army Groups: de Brit Montgomery, de Amerikaan Bradley. Montgomery had er, zoals hij in september al had gedaan, op aangedrongen dat maar aan één frontsector aanvallend zou worden opgetreden: de zijne (hij wilde in het Rijnland over de Rijn komen en dan benoorden het Ruhrgebied oostwaarts oprukken) en Eisenhower had niet verder willen gaan dan toe te zeggen dat Montgomery begin '45 tot de aanval zou mogen overgaan maar er zouden verder zuidelijk óók offensieven worden ingezet door de Amerikanen. De Verenigde Staten hadden in die tijd in West-Europa meer divisies te velde staan dan het Britse Rijk (er bevonden zich daar 4I Amerikaanse en 22 Britse divisies) - het zou voor de regering en de publieke opinie in de Verenigde Staten onverteerbaar zijn indien, terwijl aan Bradley volstrekte passiviteit zou worden opgelegd, Montgomery alle lauweren zou mogen oogsten. Een krachtig Duits offensief werd noch door Eisenhower, noch door Montgomery, noch door Bradley verwacht' - hun opvatting en ook die van vrijwel al hun Inteltigence-oiiiciesen was dat de Wehrmacht de kracht miste om tot zulk een offensief over te gaan; von Rundstedt werd bovendien voor een voorzichtig strateeg gehouden - en in de Eifel ontbraken spionagegroepen zoals die welke in bezet Nederland elke beweging van de Wehrmacht gadesloegen en rapporteerden.'
I Daags voor de inzet van het offensief vroeg Montgomery aan Eisenhower of hij zich voor een korte verlofperiode naar Engeland mocht begeven; in zijn brief herinnerde hij er aan dat hij met Eisenhower in oktober '43 om vijf pond had gewed dat de oorlog met Kerstmis '
44 nog niet zou zijn afgelopen ~ Eisenhower antwoordde daags daarna dat hij, hoewel het er naar uitzag dat hij de weddenschap zou verliezen, nog negen dagen tijd had om haar te winnen. 2 De Ultra-Intelligence, d.W.Z. het afluisteren en decoderen van het Duitse radioverkeer, had wel gegevens opgeleverd die achteraf gezien duidelijk op een Duits offensief via de Ardennen wezen, maar aan die gegevens was van een verkeerde, d.w.z. te optimistische, algemene visie uit onvoldoende aandacht besteed. Men wist bijvoorbeeld van begin november af dat talrijke Duitse troepentreinen de Rijn passeerden in de richting van de Eifel (alleen al voor de verplaatsing van het Zesde SS-Panzer-Ieger waren ca. 800 treinen nodig); men wist voorts dat dat Panzer-Ieger met spoed alleen al uit Italië meer dan 1000 extra vrachtauto's had gekregen, en men wist tenslotte dat de LuftLVaffeop 29 november en alle volgende dagen opdracht had, verkenningen uit te voeren boven alle Maasbruggen van Luik tot aan de Belgisch-Franse
Met dat alleverde het Ardennen-offensief niet het succes op dat Hitler had verwacht: Duitse voorhoeden bleven in de richting van Luik een kilometer of twintig, in die van Namen een kilometer of tien van de Maas verwijderd en die voorhoeden konden zich niet lang handhaven. Hinderlijk voor de Duitsers was vooral dat de Amerikanen St. Vith en omgeving vijf dagen lang met kracht verdedigden (die streek werd op 21 december ontruimd op bevel van Montgomery die het Geallieerde front wilde rechttrekken) en dat de Amerikaanse 1 o ist Airborne Division die, met delen van andere Amerikaanse eenheden, in Bastogne was ingesloten, weigerde zich over te geven - zij werd na een week door troepen van Patton ontzet. Dan werd het Duitse offensief geremd door benzinetekorten: een groot deel van de voorraden die op de oostelijke Rijnoever lagen, kreeg men niet tijdig naar het westen. Van groot belang was verder dat op de negende dag van het offensief (24 december) de hemel helder werd (nadat er al enkele dagen in de Ardennen sneeuw was gevallen, begon het nu te vriezen) zodat de Geallieerde luchtmachten effectief konden ingrijpen. Per dag voerden meer dan drieduizend Geallieerde toestellen bombardementen en beschietingen uit - de
Op Oudejaarsdag zetten de Duitsers in de Elzas een offensief in dat de bedoeling had, de gehele Elzas te heroveren - het mislukte. Een dag eerder, 30 december, was in de Ardennen het grote Geallieerde tegenoffensief begonnen dat Wehrmacht en Waffen-SS terug wilde dringen naar de frontlijn zoals die vóór het begin van het Ardennen-offensief was geweest. Het werd moeilijk vechten, vooralook door de barre koude en de sneeuwstormen, maar na een week of twee hadden de Geallieerden de oorspronkelijke frontlijn weer bereikt. Bij de strijd in de Ardennen hadden de Amerikanen toen bijna negenduizend man verloren; meer dan twintigduizend werden er vermist (van hen waren ruim tienduizend krijgsgevangen gemaakt), zes-en-veertigduizend waren gewond. De Duitse verliezen waren groter: in totaal meer dan tachtig-, misschien wel meer dan negentigduizend man (het preciezeaantal is niet bekend), van wie ca. dertienduizend waren gesneuveld en meer dan vijftigduizend krijgsgevangen gemaakt.
Het kwam er allemaal op neer dat Hitler aan het Westelijk front weliswaar tijd had gewonnen, maar zulks ten koste van verliezen die hij, in tegenstelling tot de Geallieerden, niet meer kon aanvullen. Aan die laatsten had het Duitse Ardennen-offensief duidelijk gemaakt dat nog zware strijd voor de boeg lag alvorens zij de Rijn konden overschrijden en dieper in Duitsland doordringen. Welke plannen daartoe werden opgesteld en welke meningsverschillen zich daarbij voordeden, zullen wij later in dit hoofdstuk uiteenzetten.
Aan Geallieerde zijde werden door deze Duitse aanval t yo vliegtuigen vernietigd en II I beschadigd, de Duitsers verloren evenwel niet minder dan 270
Op 18 december, de derde dag van het Ardennen-offensief (Montgomery had toen uit Noord-Brabant een deel van zijn strijdkrachten zuidwaarts gezonden om tussen Luik en Namen achter de Maas in stelling te gaan), gaf van Rundstedt bevel om in bezet Nederland de laatste voorbereidingen te treffen opdat het nevenoffensief van de z.zste af vier-en-twintig uur na een nader bevel kon worden ingezet. Dat nadere bevel bleef evenwel uit: op de zzste was al duidelijk dat in de Ardennen maar een beperkt succes was behaald en enkele dagen later eiste Hitler dat een van de drie bij het nevenoffensief ingedeelde divisies zou worden vrijgegeven om naar Hongarije te worden verplaatst - het duurde toen nog wel enige tijd voordat de Wehrmacht het plan voor het nevenoffensief definitief opgaf maar dat uitstel had slechts de bedoeling zoveel mogelijk Geallieerde strijdkrachten in Noord-Brabant te 'binden'
.
Anders dan met het Ardennen-offensief het geval was geweest, waren de Geallieerden door de Nederlandse spionagegroepen uitstekend ingelicht omtrent de voorbereidingen voor het nevenoffensief. Voor hen waren speciaal de radioberichten van belang geweest die een twintigjarige telegrafist van een in het Land van Altena werkzame spionagegroep (de groep-'André'
), Jan H. de Rooy, regelmatig van een boerderij bij Dussen uit had doorgegeven naar de hoofdpost van de groep die zich in bevrijd gebied bevond, nl. in's Grevelduin-Capelle, even bezuiden het Capelse Veer - van daar uit werden alle berichten doorgegeven naar het Bureau Inlichtingen te Eindhoven. Op de zaste, daags voor Kerstmis, seinde de Rooy dat het nevenoffensief op het punt stond ingezet te worden - de hoofdpost van de groep-'André'
werd toevallig door een V-I getroffen op het moment dat dat bericht binnenkwam'André'
(Adriaan Lambertus van Wijlen) doorgeven die onmiddellijk persoonlijk een eenheid van de Canadese zware artillerie achternaging welke bezig was, zich naar de Ardennen te verplaatsen. Achter Eindhoven haalde hij die eenheid in welke onmiddellijk rechtsomkeert maakte. Er werden toen in Noord-Brabant alsook op Walcheren, Noord-Beveland en Tholen nog tal van andere defensieve maatregelen genomen.
De Rooys zender werd enkele dagen later, toen hij zelf afwezig was, door de Duitsers ontdekt - zij namen het boerengezin gevangen. Teneinde te voorkomen dat leden van dat gezin zouden worden doodgeschoten, meldde de Rooy zich bij de Duitsers aan; hij werd op 6 januari als Todeskandidat in Amsterdam gefusilleerd.
De berichten over het Ardennen-offensief wekten in het bevrijde Zuiden een aanzienlijke mate van nervositeit en deze werd nog versterkt toen men er zag dat Geallieerde strijdkrachten werden teruggetrokken en dat voorbereidingen werden getroffen die er op leken te wijzen dat de Geallieerden delen van het bevrijde Zuiden zouden prijsgeven. In ZuidLimburg deden geruchten de ronde dat allerwege Duitse parachutisten waren geland, men zag er dat de Amerikaanse genie springladingen aanbracht aan de bruggen die over de Maas waren geslagen. 'Duizenden stonden'
, aldus een Maastrichtenaar, 'op de trottoirs en de pleinen en keken toe. Op hun gezichten lag, bleek en duidelijk, de angst die hen kwelde."
'Menigeen'
, zo schreef korte tijd later de journalist M. Kemp, 'die geen nieuwe bezettingsperiode wilde verduren, (maakte) zijn koffertje gereed. En er werd verteld dat men voor bordjes met de aanduiding' German-friendly' welke in de uitstalkasten van Duitsgezinde winkeliers gehangen waren' (zulks om te voorkomen dat Geallieerde militairen bij hen inkopen zouden doen) 'tot I 000 gulden had geboden."
In Nijmegen was op 24 december 'de sfeer zo gespannen dat'
, aldus H. Termeer in zijn Nijmegen frontstad, 'een vaag gerucht omtrent een op handen zijnde Duitse aanval genoeg was om duizenden inwoners op79
Bij de bevolking in bezet gebied versterkten de berichten over het Ardennen-offensief de toch al bestaande gevoelens van teleurstelling. De Geallieerde bevrijders waren in oktober en november niet komen opdagen - dat Duitsland nu nog de kracht had om tot een sterke aanvalover te gaan, werd aanvankelijk als onbegrijpelijk ervaren, zij het dat in het westen des lands bij menigeen de aandacht weer spoedig geheel werd opgeëist door de zorgen van het dagelijks bestaan. 'De mensen'
, zo noteerde op 18 december een inwoonster van Oegstgeest, 'horen het nieuws over hun buurland'
(België)
'en kijken verbijsterd. En toch lijkt het of ze spoedig weer vergeten. Het schrikbeeld van verhongering, ziekte en kou is te groot. Ze kunnen aan niets anders meer denken, sjouwen boven hun krachten. Honger staat centraal ... honger! 'Wat? Zijn de Moffen weer in België?'
hoor je zeggen. 'Wàt België, wij hebben honger en moeten eten hebben en brandstof. Met spoed!"
Uitgelaten waren de reacties in het 'foute'
kamp. 'Het offensief in het westen'
, schreef op 21 december van Overijssel uit de Landwacht-officier H. C. van Maasdijk aan zijn vrouw in Den Haag, 'komt als geroepen en iedereen fleurt er van op. Wat een lelijke tegenslag voor de Geallieerden die al dachten dat de zaak gepiept was. Zij zullen nog wel veel meer wonderen beleven.' Een '
foute' politieman die bij de Ordnungspolizei vas ingedeeld, lichtte op 27 december zijn naar Duitsland geëvacueerde vrouw in dat in Maastricht al in de straten werd gevochten, 'nog een paar dagen'
en dan zou deze stad weer in Duitse handen zijn. 'Dan, lieveling, kan je weer gauw naar Holland komen, dan wordt alles geregeld' - de politieman droomde al van een nieuwe, hogere functie 'in Aerdenhout of Bussum, waar het voorlopig nog goed eten is ook."
Lang duurde die uitgelatenheid in het 'foute'
kamp niet. Begin januari79