Voor werk werd spoedig gezorgd. Er verschenen in de Heinkel-hal ambtenaren van de Arbeitseinsatz en bedrijfsleiders. Zij vroegen om geschoolde arbeiders. Slechts weinigen meldden zich. Daarop werd de gevangenen eenvoudig aangezegd, naar welk Aussenkommando zij zouden worden overgebracht. Wie dan de Heinkel-hal verliet, verloor al zijn bezittingen en kreeg in ruil slechts de gestreepte concentratiekampkleding. Zo werden omstreeks vierhonderd (volgens sommigen: tweehonderd) mannen uit Vught samen met ongeveer tweehonderd andere gevangenen van diverse nationaliteit naar Rathenow-Heidefeld gestuurd, ca. 70 km ten westen van Berlijn, waar zij tewerk werden gesteld in de Arado-vliegtuigfabriek.' Andere mannelijke gevangenen uit Vught werden naar de Klinker-Werke van Sachsenhausen gedirigeerd, ca. vijfhonderd verdwenen midden oktober naar Neuengamme, nog anderen werden doorgestuurd naar Buchenwald en naar de mannen-afdeling van Ravensbrück, ook bleven er Nederlanders in de Heinkel-hal achter als leden van het Kommando dat werd ingezet om in de chaos die door het Geallieerde bombardement was ontstaan, weer enige orde te scheppen, later ook elders in het fabriekscomplex toen daar weer kon worden gewerkt.