Het in '43 in een deel van een verlaten en verwaarloosd krijgsgevangenenkamp ingerichte Aastauschlager ('uitwisselingskarnp'
) Bergen-Belsen ging in de loop van '43-'
44 bestaan uit verschillende 'afdelingen'
: het Sonderlager met ca. driehonderdvijftig Poolse Joden die officiële toelatingspapieren (immigration-certificates) voor Palestina bezaten; het Griechenlager met ca. vierhonderdvijftig Griekse Joden die de Spaanse nationaliteit hadden; het Neutralenlager met tweehonderd Joden uit verschillende landen die burgers waren van Spanje, Portugal of Argentinië; het Ungarnlager met bijna zeventienhonderd Hongaarse Joden die door Himmler waren gereserveerd om vroeg oflaat als blijk van zijn z.g. goede wil (en als middel om met de Geallieerden in contact te treden) Duitsland te verlaten; het al enkele malen genoemde Häfilingslager, vergaarbak van zieke gevangenen uit di verse concentratiekampen; en tenslotte dan het z.g. Stern lager waarin zich eind juli '44 in totaal ca. vierduizend Joden bevonden van wie ca. drieduizendtweehonderdvijftig afkomstig waren uit Westerbork (de overigen waren Joden uit Frankrijk, Joegoslavië en Albanië) - daar kwamen op r6 september nog tweehonderdvijf-enzeventig Westerborkers bij die twee dagen en drie nachten in goederenwagons onderweg waren geweest. Wij hebben in het Stern lager dus in totaal met ruim drieduizendvijfhonderd uit Nederland gedeporteerden te maken, van midden september '44 af met drieduizenddriehonderd want in juni hadden ruim tweehonderd Joden Bergen-Belsen mogen verlaten op weg naar Palestina.