, Abel J. Herzberg: Tweestromenland,
Bergen-Belsen
Herzberg, A. J.
Joden
CONCENTRATIEKAMPEN, DERDE FASE VOEDSELPAKKETTENom gunsten te verwerven. Uit ons deel 8 nu bleek dat, wat de verschillende kategorieën gevangenen betrof, de gijzelaars in Nederland een overvloed aan pakketten hadden ontvangen, dat aan de krijgsgevangenen met regelmaat pakketten waren gezonden door het Nederlandse Rode Kruis (pakketten die voor een deel afkomstig waren van hun familieleden) en door de vervangende Rode Kruis-organisatie te Londen: The London Committee of the Netherlands Red Cross Society (in het vervolg aan te duiden als: het London Committee) en dat aan de gevangenen in verscheidene Duitse afdelingen van de Nederlandse gevangenissen en in de Duitse concentratiekampen in Nederland, na inspanningen van anderen, van de lente van '43 af veel hulp was geboden door de Dienst voor Speciale Hulpverlening van het Nederlandse Rode Kruis, d.w.z. door mevr. van Overeem en haar helpers en helpsters, op wier werk wij in dit deel opnieuw wezen toen wij in hoofdstuk 5 over het concentratiekamp ,Amersfoort schreven. Daarentegen bleek ook uit ons deel 8 dat Nederlandse gevangenen en gedeporteerden in de concentratiekampen in Duitsland, in vergelijking met gevangenen van andere nationaliteit, er, nadat de verzending van pakketten mogelijk was gemaakt, maar heel weinig hadden ontvangen. Die mogelijkheid was geopend, toen, gelijk eerder vermeld, Himmler in oktober '42 (als het ware ter inleiding van 'de tweede fase'
) had bepaald dat voortaan alle concentratiekamp-gevangenen, behalve de Joden en de Russen, regelmatig pakketten mochten ontvangen - die moesten hun toegezonden worden met vermelding van hun naam en hun 'karnpadres'
(d.w.z. de naam van hun kamp, hun kampnummer en het nummer van hun slaapbarak). Wat deed toen het Rode Kruis? Men heeft met drie instanties te maken: het in Genève gevestigde Internationale Rode Kruis (Comité International de la Croix Rouge), het London Committee en het Nederlandse Rode Kruis (in bezet gebied). Het Internationale Rode Kruis werd in maart '43 door het Auswdrtige Amt omtrent de nieuwe regeling ingelicht, waarbij het Ausiuärtige Amt verzweeg dat Joden en Russen geen pakketten mochten ontvangen en de (onjuiste) mededeling deed dat de regeling niet gold voor (als weergegeven in het naoorlogse rapport van het Internationale Rode Kruis) 'those accused of offences against the German State or the German forces.' 1
AuswärtigesAmt
Gijzelaars, Indische
Himmler, H.
Inrernarionale Rode Kruis
Krijgsgevangenen. Nederlandse
The London Committee of the Netherlands Red Cross Society
Nederlandse Rode Kruis (Nederland)
Overeem-Ziegenhardt, L. H. M. A. van
Na lang aarzelen besloot het Internationale Rode Kruis, toch tot pakketverzending aan politieke gevangenen over te gaan. Begin augustus '43 bezat het de namen en '
kampadressen' van honderdvijftig politieke gevangenen in Duitse concentratiekampen (dat waren hoofdzakelijk Noren maar er waren ook enkele Nederlanders onder) en bij wijze van proef werden aan vijftig hunner pakketten toegezonden waaraan een ontvangst-bevestiging was toegevoegd - binnen zes weken waren vijf-endertig bevestigingen ontvangen. Inmiddels had het Internationale Rode Kruis, voorziende dat er wellicht heel veel meer pakketten verzonden moesten worden, de Zwitserse regering verzocht, daarvoor de nodige levensmiddelen ter beschikking te stellen - dat had die regering geweigerd; zij had het Internationale Rode Kruis verwezen naar de Britse en Amerikaanse autoriteiten die, als zij wilden helpen, een uitzondering moesten toestaan op de blokkade van Duitsland. Op grond nu van de overweging dat men niet kon nagaan of de inhoud van de voedselpakketten niet eerder de SS dan de gevangenen ten goede zou komen, weigerden de Britse autoriteiten alle medewerking - midden juni '44 werd het voordat zij, onder aandrang van de begin '44 in Washington opgerichte War Refugee Board, dat starre standpunt opgaven. Het 'Britse Ministry of Economic Warfare keurde toen goed dat drie maanden lang per maand 100 000 (Amerikaanse) voedselpakketten (hoofdzakelijk betaald door Joodse hulporganisaties in de Verenigde Staten') aan het Internationale Rode Kruis ter beschikking zouden worden gesteld. De eerste transporten van deze pakketten kwamen in de herfst van '44 in Zwitserland aan en de zendingen werden na die eerste drie maanden voortgezet. Het Internationale Rode Kruis bezat toen de namen en 'karnpadressen'
van in totaal ca. zes-en-vijftigduizend gevangenen (wij herinneren er aan dat er eind' 44 ca. zevenhonderdvijftigduizend concentratiekamp-gevangenen waren) - de organisatie heeft de maandelijkse pakketverzending aan die zes-en-vijftigduizend gevangenen kunnen voortzetten en wat het per maand aan pakketten overhield, in grote hoeveelheden en bloc (als z.g. collectieve pakketten) aan diverse concentratiekampen toegezonden - zendingen die door de Lagerkommandanten van Mauthausen en Flossenbürg werden geweigerd.