In november '43 werden Goulooze en Postma door de SD gearresteerd. Het was toen Jaap Brandenburg, districtsleider van de CPN te Amsterdam ten tijde van de Februaristaking, die de leiding van de partij overnam, niet als eenling overigens. Hij nam in die leiding behalve Puister en Reuter ook A. J. Koejemans, F. Baruch, B. Gillieron en Wagenaar op. Koejemans werd hoofdredacteur van De Waarheid en liet zich daarbij door Baruch bijstaan, Puister en Reuter namen het organisatorische werk voor hun rekening, Gillieron zette de leiding van het Solidariteitsfonds, het onderlinge steunfonds van de partij, voort (en ging haar, gelijk in hoofdstuk 6 vermeld, in de herfst van '44 vertegenwoordigen in het bestuur van de Stichting I940-I945) en Wagenaar bleef lid van de Raad van Verzet. De nieuwe partijleiding kwam eens per week voor een nachtelijke vergadering bijeen - wij nemen aan dat daar wel aantekeningen zijn gemaakt althans van de genomen besluiten maar of die bewaard gebleven zijn, weten wij niet; zij zijn ons in elk gevalonbekend.