De gouverneur-generaal willigde Douwes Dekkers verzoek in en deze werd weer journalist. Noch de inheemse organisaties noch de meeste Indische Nederlanders (van wie velen toetraden tot het in '19 opgericht pro-gouvernementeel Indo- Europees Verbond) wilden meer met hem te maken hebben, slechts een kleine groep Indische Nederlanders die zich na het verdwijnen van de Indische Partij rneester had gemaakt van de Vereniging Insulinde, voelde zich nog met hem verbonden. De vereniging, tot Nationaal-Indische Partij (Sarekat Hindia) herdoopt, nam in de loop van '19 een revolutionair karakter aan en Douwes Dekker zat het gehele jaar '
20 in preventieve hechtenis. Na zijn vrijlating trok hij zich uit de politiek terug en richtte in Bandoeng een grote onderwijsinstelling op, bestaande uit vijf scholen voor lager en vier voor diverse soorten voortgezet onderwij s. In '37 werd hem door het gouvernement verboden, persoonlijk als leraar op te treden - drie jaar later, in de zomer van '40, ging hij de Japanners diensten bewijzen. Die komen nog ter sprake.