Niets daarvan. Boven-Digoel bleef gehandhaafd en behalve van Tjipto werd van geen van de voormannen der nationalistische beweging, noch van Hatta, noch van Sjahrir, noch van Soekarno, de verbanning opgeheven; herhaaldelijk spraken inheemse bladen daar hun teleurstelling over uit, het duidelijkst wellicht in de eerste dagen van december '41, toen bericht kwam dat de Vice-Roy van Brits-Indiƫ aan Pandit Nehroe, de politieke leider van de Congress-partij, die in oktober '40 wegens politieke agitatie gearresteerd en tot vier jaar gevangenisstraf veroordeeld was, zijn vrijheid had hergeven.