Twee dagen later, 7 juli, verscheen Todjo, die in de Nanjo op rondreis was (wij herinneren er aan dat hij er in Singapore bij de Japanse bestuursautoriteiten in de Nanjo op aangedrongen had dat zij hun economisch beleid zouden richten op de ontwikkeling van locale industrieën), in Batavia. Hij gaf de Indonesische nationalisten de indruk, welwillend te staan tegenover hun streven, maar deed hun tot hun teleurstelling geen enkele toezegging. Diep gegriefd waren dezen, toen begin november in Tokio een Groot-Oost-Aziatische conferentie gehouden werd, waar Thailand, Birma, de Philippijnen. Nanking-China en Mandsjoekwo door officiële delegaties waren vertegenwoordigd en waar ook de leider van de door de Japanners gesteunde India'se Nationale Beweging, Subhas Chandra Base, aanwezig was (over hem straks meer), maar waar Indonesië geheelontbrak - de Indonesische nationalisten waren niet eens uitgenodigd, een waarnemer naar Tokio te zenden.