Hoe dat zij, diegenen die Abikoesno's uitnodiging aanvaard hadden, namen met grote ingenomenheid kennis van zijn mededeling dat de Japanners bereid zouden zijn, een Indonesisch kabinet in het zadel te helpen. Een mogelijke formateur/minister-president noemden zij niet (die keuze lieten zij aan de Japanners over) - wèl stelden zij een lange lijst op ('Lijst van candidaten voor het ministerschap van de Indonesische regering en hun medewerkers, gedurende de overgangsperiode' '
), waarin voor elk van veertien departementen drie namen werden genoemd. Vermoedelijk was het de bedoeling dat de Japanners telkens één van de drie minister zouden maken en de resterende twee bij het betrokken departement een andere hoge functie zouden geven. Voor Buitenlandse Zaken werd als eerste Soedjono genoemd die met Imamoera was meegekomen, voor Binnenlandse Zaken Yamin, voor Economische Zaken Hatta (deze bevond zich in Soekaboemi dat hem door het gouvernement na zijn terugkeer uit ballingschap op Banda als gedwongen verblijfplaats was toegewezen), voor Defensie een Indonesische officier van het Knil, majoor Santoso, voor Opvoeding en Onderwijs Dewantoro, voor Financiën dr. Ratoe Langie, voor Islamietische Zaken Mansoer, voor Transportwezen Abikoesno en voor Pers en Propaganda Soekarno (die toen, zonder dat men dat op Java wist, uit zijn verbanningsoord Benkoelen onderweg was naar Padang). Merkwaardig was nog dat voor Defensie als derde candidaat een in Boven-Digeel geïnterneerde nationalist werd genoemd.
Abikoesno Tjokrosoejoso
Banda
Harta, M.
Indonesisch narionalisrne
Madjilisoel Islamil a'laa Indonesia (Miai)
Mansoer
Padang
Raroe Langie, G. S. 1. I.
Soewardi Soeriadiningrat de Ki Hadjar Dewanroro)
Yamin, M.