I Getuige J. S. Bax, Enq., dl. VIII c, p. I2OS. 2 Getuige Coster, a.v., p. 644. 3 Toen de onderzeeboot als zodanig in '44 naar Nieuw-Guinea werd gesleept, sloeg hij in
Bax, J. 5.
Ceylon (thans Sri Lanka)
Enquêtecommissie 'Regeringsbeleid 1940- 1945'
Fremantle
Militaire Luchtvaart van het Koninklijk Ne- derlands-Indische Leger
Mook, H. J. van
Netherlands Purchasing Commission (NPC)
Staten had in '40 zowel daar als in Canada grote orders geplaatst en al betaald - er waren maar weinig toestellen op tijd in Indië aangekomen maar in maart '
42 waren voor die tijd nog vrij grote aantallen óf daarheen onderweg of bijna klaar om te vertrekken: afgezien van een aantal lestoestellen 36 Amerikaanse Kittyhau/k en 72 in Canada vervaardigde Hurricane-jagers, 60 Mitchell-bommenwerpers, 48 torpedolanceervliegtuigen (Bostons) en 24 Sikorsky-vliegboten; van de KittyhaUJk-jagers waren er, samen met de 48 Bostons, 18 naar Australië onderweg, van de Mitchell bommenwerpers 12 daar zelfs al gearriveerd; ook stonden in de Verenigde Staten 14 Lockheed-transporttoestellen voor verscheping gereed. Daarenboven dienden nog 102 Mitchells, 162 duikbommenwerpers, 12 Catalina-vliegboten en 29 transporttoestellen afgeleverd te worden, de meeste van april' 42 af. Indië had zich op de komst van veel van deze toestellen voorbereid - gelijk al vermeld, bevonden zich ten tijde van de algemene capitulatie van het Knil achttien bemanningen voor de Mitchells in Australië en vijf in Brits-Indië.