Geschokt wàs niet alleen Abdoelkadir, geschokt wèrd ook Helfrich - geschokt, toen hij begin oktober Warners' instructie te lezen kreeg: deze was voor de ministeriële Commissie Oorlogvoering de verbindingsschakel geworden ten aanzien van alle aspecten van het geheime werk 'in de meest uitgebreide zirî, als onderdeel van de oorlogvoering van het koninkrijk in het Verre Oosten'!
'Waar ik'
, zo protesteerde Helfrich bij Furstner, 'als BSO verantwoordelijk ben voor deze oorlogvoering, beweegt, voorzover ik het althans kan zien, de kolonel zich geheel op mijn terrein."
Dat had, doordat hij en Warners het eens waren over wat men in Indië wel en niet kon ondernemen, ter plaatse niet tot een conflict geleid maar onduidelijk was de situatie wèl en toen Warners begin november '43 in Londen was teruggekeerd, zette Furstner (die pas uit Helfrichs brief vernomen had, welke taak Warners vervulde namens de Commissie Oorlogvoering waar hij, Furstner, zelf deel van uitmaakte) de zaak op scherp: in december eiste hij van Gerbrandy dat Warners' instructie zou worden geannuleerd. Van Mook, de inspirator van de instructie, vertrok in die maand voor zijn grote rondreis, welnu: nog voordat hij weer in Londen was teruggekeerd, had Warners een nieuwe functie gekregen: hoofd van de Nederlands-Indische Civil Affairs-sectie in Mountbattens hoofdkwartier op Ceylon.