I G. B. Salm: 'Maandrapport van de Nefis over november 1943', p.4 (a.v., M 105, N.I. 1.7). 2 Van der Plas: 'Geheime diensten'
, p. 15-1Ó. 3 Vooral van Hoogstraten was zeer over Spoor te spreken; kort voor de aankomst van van der Plas in Australië had hij aan van Maak over Spoor geseind: 'Duidelijk gebleken, ver boven rest uitstekend bekwaamst officier zowel praktisch als theoretisch.'
(tel., II dec. 1942, van van Boogstraten aan van Maak, ARA, archief Buiten]. Zaken, Legatie Canberra, 912.I.17) , Die stellen werden nog aangevuld met de zeekaarten die zich aan boord van de uit Indië afkomstige schepen bevonden welke in maart '42 Australische havens hadden bereikt.
Hoogsrraren, J. E. van
Mekka
Netherlands Forces Intelligence Service (Nefis) (later
Spoor, S. H.
en droeg ook zorg voor een kaartsysteem met gegevens over personen in bepaalde delen van Indië. Door al deze bescheiden werd Nefis I voor de Geallieerde instanties de vraagbaak voor alles wat Indië betrof. De aanwezige kennis werd trouwens voortdurend uitgebreid: eind '43 werden in Melbourne en omgeving elke dag twintig tot dertig personen verhoord die, uit Indië afkomstig, over een locale kennis beschikten welke op een gegeven moment voor de Geallieerde militaire instanties van belang kon zijn. Er waren aan Nefis I eind '43 bijna zestig krachten verbonden, onder wie verscheidene Britten en Australiërs, en zij werkten hard (Spoor, overwerkt, had de hele maand oktober rust moeten houden). Zij stelden uitgebreide studies op over tal van delen van de archipel (in '43 nog uitsluitend over de eilanden van de Grote Oost, niet over Borneo of het zeer bewerkelijke Java), indiceerden, registreerden en reviseerden alle beschikbare gegevens, breidden ze uit met door luchtverkenning of door verhoren (niet alleen van in Australië woonachtigen maar ook bijvoorbeeld van bevrijde romoesja's) verkregen nieuwe gegevens en gaven al die kennis aan de Geallieerde strijdkrachten, de Nederlandse en Nederlands-Indische inbegrepen, door. Nefis I stelde er vooral een eer in om op elke vraag, afkomstig van de Intelligence-afdeling van MacArthurs hoofdkwartier, een zo goed mogelijk antwoord te geven - dat in zulk een antwoord vaak de recente gegevens ontbraken, was niet de schuld van Spoor en zijn medewerkers. Trouwens, ook aan het college van de Joint Chiefs of Staffte Washington, hetwelk de in de Pacific tegen Japan te volgen strategie bepaalde, werden tal van inlichtingen verstrekt. De meeste van die inlichtingen waren antwoorden op concrete vragen, maar daarnaast stelde Nefis I van mei '43 af, eerst in het Nederlands, vervolgens in het Engels, een gestencild maandoverzicht samen van alle ontvangen inlichtingen - bijna uitsluitend militaire die meestal van de Amerikanen, soms van de Britten en Australiërs ontvangen waren.