Op een tiental na die als helpers van de Lagerkommandant werden beschouwd, werd deze groep enige tijd na de bevrijding (het Rode Leger had Theresienstadt op 8 mei bevrijd) naar een kamp in de buurt van Pilsen verplaatst. Vandaar werden ca. vierhonderd bevrijden naar Bamberg in Beieren overgebracht maar er bleven bij Pilsen ca. zeshonderd achter, hoofdzakelijk zieken en ouden van dagen. Van die achterblijvende groep trad de befaamde Leidse jurist prof. dr. E. M. Meijers als leider op. Hij deed op I6 juni via de Tsjechische radio een beroep op de regering om ten spoedigste vliegtuigen te sturen. Hij had gevraagd, hem op 18 juni per radio antwoord te geven, maar dat antwoord was nog niet ontvangen toen zich bij hem een gemilitariseerde Nederlandse repatriëringsmissie meldde onder leiding van het oud-Tweede Kamerlid mr. G. A. Boon, nu kolonel, van welke missie ook de arts dr. A. Polak Daniëls deel uitmaakte die in '44 en begin '
45 in Zwitserland een colonne voor in het oosten bevrijde Nederlandse Joden had voorbereid - zij had niet op weg kunnen gaan. Trouwens, alleen met hulp van de Amerikanen was de missie-Boon Tsjechoslowakije binnengekomen. Zij had in Bamberg de eerste vierhonderd uit Theresienstadt bevrijden aangetroffen (en ter plaatse de nodige contacten gelegd om hun treintransport te regelen) en kon nu aan de grotere groep bij Pilsen de zekerheid geven dat hulp komende was. Inderdaad arriveerden na enkele dagen Amerikaanse transportvliegtuigen die met de evacuatie begonnen. Nadien kon de missie-Boon van Praag
Bamberg
Bergen-Belsen
Boon, G. A.
Concentrariekarnpen
Meijers, E. M.
Oorlogs- en vervolgingsslachtoffers, Neder- landse
Pilsen
Polak Daniëls, A.
Praag
Repatriëring
Sowjet-Unie
Theresiensradr (Altersghetto)
Tröbirz
Tsjechoslowakije
uit ook het transport van honderden andere Nederlanders regelen, onder hen de tien die in Theresienstadt waren vastgehouden. I