Injanuari '47 werd op Java in de Republiek de actie tegen goedkeuring van de overeenkomst van Linggadjati voortgezet en uitgebreid - Soetomo ('Boeng Torno') die als 'de held van Soerabaja' werd gezien, hield toespraken op bijeenkomsten waar tienduizenden aanwezig waren. In het Knip, het Republikeinse noodparlement, was geen meerderheid voor de overeenkomst te vinden; dat probleem loste Soekarno op door het ledental bij presidentieel decreet tot vijfhonderdveertien uit te breiden, onder wie nu ook vijftig afgevaardigden voor Sumatra waren, alsook twaalf voor Borneo en negen-en-twintig voor de Grote Oost - die afgevaardigden voor Borneo en de Grote Oost waren bijna allen op Java woonachtig. Hun benoeming moest men zien als een teken dat de regering van de Republiek de besluiten van Malino en Den Pasar niet als het laatste woord beschouwde - trouwens, er zetelden in Djokjakarta Republikeinse gouverneurs voor Borneo en voor de Grote Oost.'
Boon, H. N.BorneoCommissie-GeneraalDen Pasar-conferentieDouwes Dekker, E. F. E.Grote OostKomitee National Indonesia Poesat (Knip)Linggadjati-overeenkomstMalirio-conferentiePadangPalembangSoeromo, R.SurinameTentara RepublilDE REPUBLIEK EN LINGGADJATI