I Het dagboek van Schermerhorn, p. S81 (30 mei
Albarda, H.
Drees, W.
Grote Oost
Hoogsrraren, J. E. van
Idenburg, P. J. A.
joekes, A. M.
Jonkman, J. A.
Katholieke Volkspartij (KVP)
Koets, P. J., IIIl
Logemann, J. H. A.
Oost-Indonesië
Partij van de Arbeid (PvdA)
Poll, M. J. M. van
Schermerhorn, W.
DE WORSTELING MET DE REPUBLIEK INDONESIËvergadering van de ministerraad I het mes op tafel. Hij zei dat hij zou aftreden, als het kabinet zich niet verenigde met het denkbeeld dat tot militaire actie zou worden overgegaan, indien de Republiek de voorstellen zou afwijzen. Een hard dreigement - en wie Beel kende, wist dat hij het zou uitvoeren. De coalitie dreigde uiteen te vallen. Met dat al werd er nog geen beslissing genomen - Beel wenste kennelijk de PvdAministers tijd te geven om zijn mededeling te verwerken. Wat hij nog wèl deed, was van Kle:ffens, die in Parijs was, vragen om de opinie van van Starkenborgh in te winnen. Nu, dat pakte verkeerd uit: beiden rieden aan, niet lichtvaardig tot het gebruiken van geweld te besluiten ('wij zouden ons aan de wereld, in strijd met het Handvest van de Verenigde Naties dat wij hebben ondertekend, vertonen als een colonial power in de ergste zin die men aan dat woord pleegt te geven'"
), en in elk geval niet tot militair ingrijpen over te gaan voordat men zeker was van de steun van Groot-Brittannië en de Verenigde Staten.