HET AANTAL DOOR HET LONDENSE BUREAU INLICHTINGEN IN HET EERSTE KWARTAAL VAN' 43 BEHANDELDE NIET-TECHNISCHE TELEGRAMMEN (p. 882, r.4 V.O.). Voor '4'
leze men: I2.
Amsterdam. Huizen van Bewaring
Appingedam
Arnhem. gevangenis
Biallosterski, T.
Boogaard, J.
Bureau Bijzondere Opdrachten (BBO)
Bureau Inlichtingen (BI)
Dooijes, D.
Friese Courant
Nieuw Geuzenliedboek
Post, J.
OVERZICHT VAN WIJZIGINGENHET HUWELIJK VAN DE GEHEIME BI-AGENT LOUIS D' AULNIS DE BOUROUILL (P.905, r.14-11 V.O.). Werd in Voorhout voltrokken, niet in Voorburg, door de medewerking louter van de eerste ambtenaar ter secretarie. Ook is d' Aulnis (P.904, r. 5 v.o.) niet kort na zijn aankomst maar pas lil oktober '44 in contact gekomen met de Geheime Dienst Nederland. * HET WERK VAN DE INLICHTINGENGROEP 'PACKARD'
(P.906-7). Overal waar wij op deze pagina's van Deinum en Vader spreken, moet de Roode met hen in één adem worden genoemd. Hun dagelijks bericht in de 'Kopenhagen-code'
(p.906, r. 20) telde niet ca. dertig letters, maar ca. dertig cijfers. * DE GEHEIME DIENST NEDERLAND (P.907-9). In onze beschrijving moeten verscheidene correcties worden aangebracht. De oprichter van deze militaire inlichtingengroep, J. M. W. C. ('Joep'
) lansen, was niet in '15 maar in '
14 geboren en zoon van de directeur van het bijkantoor van de Amsterdamse Bank te Almelo. Hij had al vóór de Tweede Wereldoorlog tegen Duitsland gespioneerd. In '42 had hij hulp aan Joden geboden die wilden onderduiken. Hij werd begin december '42 door een provocateur aan de SD verraden. Na zijn ontsnapping uit gevangenschap bouwde hij eerst een ondergroep van de 'Dienst-Wim'
, vervolgens (na de uitschakeling van de leiding van de 'Dienst-Wim'
) een eigen erganisatie op: de Geheime Dienst Nederland (de GDN). Nederland werd in vier z.g. werkgebieden verdeeld (noord, midden, west, zuid), elk met een aantal bureaus voor het verzamelen van gegevens - met de 'bureauhouders'
(de term 'lijn-chefs'
is niet juist) stond hij (hij noemde zich nu 'Max'
) via koeriersters in contact. Iansens eerste poging om Spanje binnen te komen vond in januari '44 plaats. Samen met een neef kon hij toen de Pyreneeën, waar veel sneeuw lag, niet over komen. Hij keerde alleen naar Nederland terug, kreeg daar nieuwe valse papieren van de Falsificatie-Centrale van de LO en vertrok op 5 april '44 opnieuw naar Spanje. Vier dagen later waren zijn neef en hij dat land binnengekomen, waar lansen die per parachute naar Nederland had willen terugkeren, door de nogal passieve houding van Somer, hoofd van het Bureau Inlichtingen te Londen, veellanger gevangen zat dan hem lief was - hij bereikte pas begin december '44 Londen, kreeg daar nog een opleiding als geheime agent maar werd tot zijn grote teleurstelling niet boven bezet gebied gedropt.